COMPRESSIE-INSTELLINGEN
IN THERAPIE ALLEEN COMPRESSIE
De standaardcompressie-instellingen voor de therapie alleen compressie
configureren:
1.
Druk in het scherm Systeeminstellingen op het pictogram voor
compressie-instellingen.
Het scherm Therapie alleen compressie – instellingen verschijnt.
2.
Om de compressie-instellingen in te stellen, drukt u op het
pictogram voor compressie in het scherm Compressie-
instellingen.
Het scherm Therapie alleen compressie – compressie-instellingen
verschijnt.
In dit scherm kunt u het compressieniveau instellen. De
standaardminimuminstelling voor de therapie alleen compressie is
lage compressie. De optie geen compressie is niet beschikbaar. De
beschikbare compressie-opties zijn laag, medium-laag, medium en hoog.
3.
Druk op de pijl-omhoog (+) of de pijl-omlaag (-) om
het maximum- en standaardcompressieniveau voor
therapiebehandelingen respectievelijk te verhogen of te
verlagen.
Beschikbare compressieniveaus:
Laag
(5–15 mmHg)
Dit zijn de standaardinstellingen voor compressieniveau wanneer het
regelapparaat wordt aangezet en de modus therapie alleen compressie is
geselecteerd.
4.
Om de standaardcompressie-instellingen te bevestigen, drukt u
op de bevestigingstoets
5.
Om deze instellingen te annuleren, drukt u op de annuleerknop
Bij bevestiging verschijnt het scherm Systeeminstellingen opnieuw, zodat
u andere instellingen kunt wijzigen.
6.
Als u alle gewenste wijzigingen hebt gemaakt, drukt u op het
exitpictogram
De computer van het regelapparaat wordt uitgeschakeld.
7.
Druk op de aan/uit-knop boven aan het aanraakscherm om de
computer opnieuw op te starten.
CON FI GUR AT IE VAN DE M E D 4 E LITE- SYSTEE M I N STE LLI N GEN
Medium-laag
Medium
(5–30 mmHg)
(5–50 mmHg)
.
.
om de systeeminstellingen op te slaan.
Hoog
(5–75 mmHg)
NL-51