Inhoudsopgave
Advertenties
Stuurinrichting testen
Opmerking: ga om de stuur- en
voorzijde van de
31. Controller type A: zet de keuzeschakelaar "heffen/rijden" in de rijstand (onderste
Controller type B: druk op de rijfunctie-inschakelknop. Het controlelampje moet branden.
32.
Houd de functieschakelaar op de joystick ingedrukt.
33.
Druk de duimschakelaar bovenaan op de joystick naar links.
Resultaat:
de aangedreven (gestuurde) wielen moeten naar links draaien.
34. Houd de functieschakelaar op de joystick ingedrukt.
35. Druk de duimschakelaar bovenaan op de joystick naar rechts.
Resultaat:
de aangedreven (gestuurde) wielen moeten naar rechts draaien.
Rij- en remfunctie testen
36.
Houd de functieschakelaar op de joystick ingedrukt.
37.
Duw de joystick langzaam naar voren tot de machine in beweging komt en zet de joystick
vervolgens weer in de middelste stand.
Resultaat: de machine moet vooruitrijden en dan plotseling tot stilstand komen.
38. Houd de functieschakelaar op de joystick ingedrukt.
39.
Trek de joystick langzaam naar achteren tot de machine in beweging komt en zet de joystick
vervolgens weer in de middelste stand.
Resultaat:
de machine moet achteruitrijden en dan plotseling tot stilstand komen.
VOORZICHTIG
De remmen moeten in staat zijn de machine tegen te houden op elke helling die binnen de
toelaatbare grenswaarden
Rijsnelheid testen
40.
Controller type A: beweeg de rijsnelheidskeuzeschakelaar naar de bovenste stand voor hoge
snelheid.
Controller type B: druk op de rijsnelheidskeuzeknop. Het controlelampje moet branden.
41. Houd de functieschakelaar op de joystick ingedrukt.
42. Duw de joystick langzaam naar de maximale rijstand (vooruit of achteruit).
Resultaat: de machine moet op hoge snelheid
43.
Controller type A: beweeg de rijsnelheidskeuzeschakelaar naar de onderste stand voor lage
snelheid.
Controller type B: druk op de rijsnelheidskeuzeknop. Het controlelampje moet gedoofd zijn.
44. Houd de functieschakelaar op de joystick ingedrukt.
45. Duw de joystick langzaam naar de maximale rijstand (vooruit of achteruit).
Resultaat: de machine moet op lage snelheid
26
Bedieningshandleiding
Zelfrijdende schaarlift
rijfuncties te testen op het platform staan en kijk naar de
machine.
ligt.
bewegen.
bewegen.
stand).
Versie 1
Advertenties
Inhoudsopgave
