5 Richtlijnen met betrekking tot mogelijke toepassingen
OPMERKING
▪ Controleer of de extra ketel en zijn integratie in het
systeem voldoen aan de geldende wetgeving.
▪ Daikin is NIET verantwoordelijk voor foute of onveilige
situaties in het systeem van de extra ketel.
▪ Zorg ervoor dat het retourwater naar de warmtepomp NIET hoger
is dan 55°C. Om dit te bereiken:
▪ Stel de gewenste watertemperatuur via bediening van de extra
ketel in op maximum 55°C.
▪ Plaats
een
aquastatklep
de warmtepomp.
▪ Stel de aquastatklep in om dicht te gaan boven de 55°C en
open te gaan onder de 55°C.
▪ Plaats terugslagkleppen.
▪ Zorg ervoor dat er maar één expansievat in het watercircuit
aanwezig zijn. Een expansievat is al standaard aanwezig in de
binnenunit.
▪ Plaats de digitale I/O-printplaat (optie EKRP1HB).
▪ Sluit X1 en X2 (omschakeling naar externe warmtebron) op de
digitale I/O-printplaat aan op de thermostaat van de extra ketel.
▪ Om
de
warmteafgevers
ruimteverwarmingssysteem in-/opstellen" op
Configuratie
Via de gebruikersinterface (snelle wizard):
▪ Stel het gebruik van een bivalent systeem in als externe
warmtebron.
▪ Stel de bivalente temperatuur en de hysteresis in.
OPMERKING
▪ Zorg ervoor dat de bivalent hysteresis voldoende
differentiaal heeft, zodat er niet veelvuldig tussen de
binnenunit en de extra ketel omgeschakeld wordt.
▪ Aangezien
de
luchtthermistor van de buitenunit gemeten wordt, plaats
de buitenunit in de schaduw, zodat deze NIET door
rechtstreeks zonlicht beïnvloed wordt of erdoor AAN/
UIT wordt gezet.
▪ Veelvuldig omschakelen kan corrosie van de extra
ketel veroorzaken. Voor meer informatie, neem contact
op met de fabrikant van de extra ketel.
Door een hulpcontact besliste omschakeling naar externe
warmtebron
▪ Alleen mogelijk bij regeling met externe kamerthermostaat EN één
aanvoerwatertemperatuurzone
ruimteverwarmingssysteem in-/opstellen" op
▪ Het hulpcontact kan zijn:
▪ Een buitentemperatuurthermostaat
▪ Een stroomtarievencontact
▪ Een handmatig bediend contact
▪ ...
▪ Opstelling: verbind de volgende ter plaatse te voorziene
bedrading:
Uitgebreide handleiding voor de installateur
18
in
het
retourwaterdebiet
op/in
te
stellen,
zie
"5.2 Het
pagina 12.
buitentemperatuur
door
(zie
"5.2
pagina 12).
L
H
Indoor/Auto/Boiler
A
K1A
N
B
Input ketelthermostaat
TI
A
Hulpcontact (normaal dicht)
H
Vraag om verwarming kamerthermostaat (optioneel)
van
K1A
Hulprelais voor inschakelen van binnenunit (ter plaatse te
voorzien)
K2A
Hulprelais voor inschakelen van ketel (ter plaatse te
voorzien)
Indoor
Binnenunit
Auto
Automatisch
Boiler
Ketel
OPMERKING
▪ Zorg ervoor dat het hulpcontact voldoende differentiaal
of tijdsvertraging heeft, zodat er niet veelvuldig tussen
de binnenunit en de extra ketel omgeschakeld wordt.
▪ Als het hulpcontact een buitentemperatuurthermostaat
is, moet de thermostaat in de schaduw geplaatst
worden, zodat hij niet door de zon beïnvloed of AAN/
UITgeschakeld wordt.
▪ Veelvuldig omschakelen kan corrosie van de extra
ketel veroorzaken. Voor meer informatie, neem contact
op met de fabrikant van de extra ketel.
5.4
De tank voor warm tapwater in/
opstellen
In de binnenunit is de warmtapwatertank, en hij bevat een 2,4 kW-
anti-legionellaverwarming. De anti-legionellaverwarming bevat 2
veiligheden: een thermische beveiliging en een thermische zekering.
Als een bepaalde temperatuur overtroffen wordt, deactiveren de
de
veiligheden de anti-legionellaverwarming.
5.4.1
Systeemlayout – Ingebouwde
warmtapwatertank
a
b c
f
M
Het
e
a
Buitenunit
b
Binnenunit
c
Warmtewisselaar
d
Anti-legionellaverwarming
e
Pomp
f
Gemotoriseerde 3‑wegklep
g
Warmtapwatertank
h
Afsluiter
i
Verdeelstuk (ter plaatse te voorzien)
FHL1...3
Vloerverwarming
UI
Gebruikersinterface
Com
Indoor
X2M
1 2 3 4
K1A
K2A
K2A
UI
h
h
i
d
FHL1
FHL2
FHL3
g
ERLQ004~008CA + EHVH04+08S18+26CBV
Daikin Altherma – Lage-temperatuur-Split
4P449975-1C – 2018.07
B TI
X Y