max. vermogen mag ontsteken, bij branders
met een vermogen groter dan 120 kW volgens
EN 676.
uitschakelgevoeligheid
➔ De uitschakelgevoeligheid kan tussen 2 en 20 μA
worden ingesteld (fabrieksmatig 2 μA).
➔ Bij uv-bewaking met een uv-sonde UVS moet de
uitschakeldrempel ≥ 5 μA worden ingesteld.
3 De op de potentiometer ingestelde waarde
verhogen, wanneer voor het ontsteken 01 op het
display knippert.
µA (DC)
2
20
4 Het bovendeel weer vastschroeven.
9 FunCTIe ConTRoLeRen
1 Tijdens het gebruik van twee elektroden of
uv-bewaking de dop van de ionisatiepen trekken
of de uv-sonde verduisteren.
IFD 258: bij bedrijf met één elektrode de
kogelkraan sluiten.
UV
WaaRsChuWIng
Levensgevaar!
– Bij gebruik van de IFD 258 met één elektrode
staat bij herstart de bougiedop onder hoog-
spanning.
IFD 258
➔ IFD 244: de IFD 244 herstart weer en schakelt
vervolgens wegens storing uit.
IFD 258: wanneer de omschakelaar op herstar-
ten is ingesteld, start de IFD 258 eerst opnieuw
op en schakelt vervolgens wegens storing uit.
Bij het uitschakelen wegens storing worden
de gaskleppen spanningsvrij geschakeld. Het
storingssignaleringscontact tussen de klemmen
(IFD 258: 8 en 9, IFD 244: 7 en 8) sluit. Het
display knippert en wijst de huidige program-
mastatus aan.
➔ De vlam moet uitgaan.
➔ Mocht de vlam niet doven, is er een fout aan-
wezig.
T3,15A H
I
2 Bedrading controleren – zie pagina 4 (7
Bedraden).
WaaRsChuWIng
– De fout moet eerst opgeheven worden alvorens
de installatie zonder toezicht gebruikt mag
worden.
10 aanWIJZIngen vooR heT on-
deRhoud van de InsTaLLaTIe
➔ Met de Aan-/Uitknop op de IFD haal je de IFD
functioneel van het net. Deze knop voldoet niet
aan de eisen om hiermee de elektrische uitrus-
ting vrij te schakelen.
➔ Voor onderhoudswerkzaamheden aan de instal-
latie moet de elektrische uitrusting spanningsvrij
gemaakt en tegen opnieuw inschakelen beveiligd
worden.
11 huLp BIJ sToRIngen
WaaRsChuWIng
Levensgevaar door elektrische schok!
– Alvorens aan stroomvoerende onderdelen te
werken de elektrische bedrading spanningsvrij
maken!
– Storingen mogen uitsluitend door geautoriseerd
vakpersoneel worden verholpen!
– Geen reparaties aan de IFD uitvoeren, de
garantie komt dan te vervallen! Ondeskundige
reparaties en verkeerde elektrische aansluitin-
gen, bijv. het toevoeren van spanning aan de
uitgangen, kunnen de gasklep openen en de
IFD beschadigen – een betrouwbare werking
kan dan niet meer worden gegarandeerd!
– Het (op afstand) ontgrendelen mag alleen door
deskundig personeel worden uitgevoerd. Daarbij
moet de brander voortdurend worden gecontro-
leerd.
➔ Bij storingen van de installatie sluit de brander-
automaat de gaskleppen, het display knippert en
geeft de huidige programmastatus aan.
• Storingen alleen door middel van de hier
beschreven maatregelen opheffen –
• Ontgrendelen, de IFD loopt weer aan –
➔ De IFD kan alleen worden ontgrendeld zolang
het display knippert, niet wanneer het vlamsig-
naal of een parameter aangegeven wordt. In
deze gevallen de ontgrendelings-/info-drukknop
zolang indrukken totdat het display knippert, of
het apparaat uit- en weer inschakelen. Nu kan
de IFD ontgrendeld worden.
➔ Wanneer de IFD niet reageert hoewel alle fouten
opgeheven zijn –
• Apparaat demonteren en in de fabriek laten
nakijken.
NL-7