• Spanning op klem 4 alleen voor het ontgren-
delen geven, ca. 1 s – zie pagina 4 (7
Bedraden).
5 3
? het display knippert en toont 53?
! Tijdens de cyclusblokkering is er opgestart.
• De taktcyclus afstemmen op de veiligheidstijd
bij het opstarten en op de ontstekingsinrich-
ting.
t
t
ontstekings-
sa
Z
[s]
[s]
wijze
3
1,8
TZI
5
3
TZI
10
6
TZI
3
1,8
IFD..I
5
3
IFD..I
10
6
IFD..I
8 3
? het display knippert en toont 83?
! De aansluitingen van de uv-sonde voor ionisatie
en N zijn verwisseld, de uv-sonde meldt een
negatieve vlamstroom.
• De aansluitingen van de uv-sonde controleren
en de juiste polen aansluiten.
9 3
? het display knippert en toont 93?
! Potentiometer voor uitschakelgevoeligheid is
defect.
• Ter controle de waarde van de uitschakelge-
voeligheid op de potentiometer veranderen.
• Helpt de boven beschreven maatregel niet,
dan is er vermoedelijk een interne hardware
fout aanwezig – het apparaat demonteren en
in de fabriek laten nakijken.
8 8
0 0
81- 99
? het display knippert en toont 81– 99?
! Systeemfout – de IFD heeft een veiligheidsuit-
schakeling uitgevoerd. Oorzaak kan een defect
in het apparaat of een extreme EMC-invloed zijn.
Cyclusblokke-
ring
[s]
10
12
15
36
? het display is continu verlicht en rechtsbo-
60
120
! De IFD 2xx heeft bij interne tests een fout vastge-
➔ De fout kan door externe storende invloeden
? IFd loopt niet aan hoewel alle fouten opge-
12 aFLeZen van heT vLaMsIg-
naaL en de paRaMeTeRs
NL-10
• Op deskundige montage van de ontstekings-
kabel letten – zie pagina 4 (6 Bedrading
installeren).
• Op nakoming van de voor de installatie
geldende EMC-richtlijnen letten – met name
bij installaties met frequentieregelaars – zie
pagina 4 (6 Bedrading installeren).
• Het apparaat ontgrendelen.
• De netspanning en frequentie controleren.
• Helpen de boven beschreven maatregelen niet,
dan is er vermoedelijk een interne hardware
fout aanwezig – het apparaat demonteren en
in de fabriek laten nakijken.
0 0
8 8
81- 99
ven wordt een streep weergegeven?
steld en een veiligheidsuitschakeling uitgevoerd.
tijdens het gebruik zijn veroorzaakt.
• Op deskundige montage van de ontstekings-
kabel letten – zie pagina 4 (6 Bedrading
installeren).
• De aansluiting van de massa van de brander
(PE) met de branderautomaat controleren.
• De ontstekingsspleet op de brander op max.
2 mm instellen.
• Proberen netonderbrekingen zoveel mogelijk
te voorkomen.
• Ervoor zorgen, dat de complete installatie aan
de eisen van de EMC-richtlijn voldoet.
• De ontgrendelings-/info-drukknop en de
inschakelknop gelijktijdig minstens 5 s lang
ingedrukt houden.
• Helpen deze maatregelen niet, het apparaat
demonteren en in de fabriek laten nakijken.
heven zijn en de IFd ontgrendeld is?
• Apparaat demonteren en in de fabriek laten
nakijken.
• Ontgrendelings-/info-drukknop 2 s indrukken.
Het display gaat over op parameter 01.
• Ontgrendelings-/info-drukknop loslaten. Het
display blijft bij deze parameter aanwijzen en
toont de bijbehorende waarde.
• De ontgrendelings-/info-drukknop opnieuw
1 s indrukken. Het display gaat op de volgen-
de parameter over. Zo kunnen alle parameters
de één na de ander worden opgeroepen.