a
b
d
4 Bovendeel weer aanbrengen en vastschroeven.
8 In BedRIJF sTeLLen
➔ Tijdens het bedrijf geeft het 7-segmentsdisplay
de programmastatus weer:
00
Aanloopstand
01
Wachttijd
02
Veiligheidstijd bij opstarten
04
Bedrijf
gevaaR
– Installatie voor inbedrijfname op lekkage
controleren.
1 Kogelkraan sluiten!
2 Installatie inschakelen.
3 Spanning op klem 1 leggen.
4 Controleren of alles elektrisch in orde is.
5 IFD inschakelen.
➔ Het display toont 00.
➔ De IFD behoudt zijn schakelstand, wanneer de
spanning op klem 1 weggenomen wordt.
6 Programmaloop voor de brander starten:
spanning op klem 3 leggen – het display toont
01.
WaaRsChuWIng
– Het apparaat is defect, wanneer er tijdens de
wachttijd (weergave 01) een gasklep opengaat.
Apparaat demonteren en in de fabriek laten
nakijken.
➔ Minimum inschakeltijd van het ϑ-signaal (klem 3):
IFD..-3: 8 s
IFD..-5: 10 s
IFD..-10: 15 s
Deze tijden mogen niet onderschreden worden,
c
e
0 0
0 0
0 1
anders kan de branderautomaat de brander niet
bewaken.
➔ De gasklep V1 gaat open en de brander ont-
steekt, het display toont02.
➔ Ontstekingstijd t
IFD..-3: 2 s
IFD..-5: 3 s
IFD..-10: 6 s
➔ Na afloop van de veiligheidstijd t
meldt de IFD een storing. Het display toont een
knipperende 02.
7 Gaskraan openen.
8 De IFD door het indrukken van de ontgrende-
lings-/info-drukknop ontgrendelen.
9 Programmaloop voor de brander starten:
spanning op klem 3 leggen.
➔ Het display toont 02, de gasklep V1 gaat open
en de brander ontsteekt.
➔ Na afloop van de veiligheidstijd t
toont het display 04.
➔ IFD 258: het contact tussen de klemmen 13
en 14 sluit.
➔ De brander is in bedrijf.
Instellen
IFd 258:
1 De schroeven losdraaien en het bovendeel eraf
halen.
gedrag bij vlamstoring
2 De omschakelaar in de gewenste schakelpositie
(onmiddellijke uitschakeling wegens storing
of herstart
➔ In de fabriek is de IFD 258 ingesteld op onmid-
dellijke uitschakeling wegens storing.
➔ Herstarten wordt aanbevolen voor branders die
af en toe een instabiel brandende vlam hebben.
Niet instellen bij langzaam sluitende luchtkleppen
of continu regeling, wanneer de brander niet met
NL-6
0 2
:
Z
(3, 5 of 10 s)
SA
0 2
0 2
(3, 5 of 10 s)
SA
0 4
) zetten.
Single-electrode operation:
see operating instructions
L1 (L1)
N (L2)
N
PE
1x