3
Bediening van de basiscontroller
3.5
Streefwaarde tapwater
3.6
Storingen wissen (reset)
8
Met de draaiknop "streefwaarde tapwater" geeft u de gewenste temperatuur in
voor het tapwater in de tapwaterboiler.
Toestand
0
Uit
1
Eco
Energiesparende werking
tapwatertemperatuur 60 °C
30 – 60 Directe instelling aan de BC10
in °C
Aut
Instelling aan de
bedieningseenheid
(voorinstelling)
Tabel 2 instellingen aan de draaiknop "streefwaarde tapwater"
1
Deze functie werd geoptimaliseerd voor toestellen met een geïntegreerde tapwateropwarming
(combitoestellen, bv. GB132T). In combinatie met andere verwarmingsketels raden wij u aan
te opteren voor de instelling "aut" als er een bedieningseenheid voorhanden is (anders directe
instelling aan de BC10).
2
Het verwarmingsprogramma (schakelklok) van de bedieningseenheid blijft actief, waardoor er
tijdens het nachtbedrijf geen tapwater wordt opgewarmd.
3
De LED onder de draaiknop licht op als de boiler wordt naverwarmd of als de temperatuur van
het tapwater onder de streefwaarde is gedaald (warmtevraag).
AANWIJZING VOOR DE GEBRUIKER
De tapwateropwarming gebeurt met de maximum toegestane
keteltemperatuur van de verwarmingsketel.
Indien de brander (branderautomaat) in storing is gegaan, kan u de storing
wissen door de toets "reset" in te drukken. Dat is enkel bij een vergrendelende
fout noodzakelijk. Blokkerende fouten worden automatisch gewist, als de
oorzaak verholpen wordt.
Druk de toets "reset" in, om de fout te wissen.
Op het display verschijnt "rE" terwijl de reset uitgevoerd wordt. Het is enkel
rE
mogelijk een reset uit te voeren als er een storing is.
Montage- en bedieningsvoorschrift Basiscontroller BC10 • Uitgave 10/2004
Verklaring
Geen toevoer van tapwater (enkel
verwarmingsbedrijf).
2
,
Het tapwater wordt pas opgewarmd
tot 60 °C, als de temperatuur
aanzienlijk gedaald is. Daardoor
wordt het aantal branderstarts
gereduceerd en wordt er energie
gespaard. Het water kan dan echter
eerst wel wat kouder zijn.
2
De temperatuur wordt aan de BC10
ingesteld en kan niet gewijzigd
worden met behulp van een
bedieningseenheid.
De temperatuur wordt ingesteld aan
de bedieningseenheid (bv. RC30).
Wanneer er geen
bedieningseenheid is aangesloten,
geldt er een tapwatertemperatuur
van 60 °C.
Wijzigingen op basis van technische verbeteringen voorbehouden!
LED
Uit
3
Aan
3
Aan
3
Aan