Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Gewicht Meten; Gebruikersgegevens Instellen; Meting Uitvoeren - Beurer BF 400 Gebruikshandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor BF 400:
Inhoudsopgave

Advertenties

5. Gebruik
5.1 Gewicht meten
Ga op de weegschaal staan. Blijf rustig op de weegschaal staan en verdeel uw gewicht over beide benen.
De weegschaal begint onmiddellijk met de meting. Wanneer het gewicht aanhoudend wordt weergegeven,
is de weging voltooid. Wanneer u van het oppervlak van de weegschaal stapt, schakelt de weegschaal zich
na 10 seconden uit.

5.2 Gebruikersgegevens instellen

Om uw percentage lichaamsvet en andere lichaamswaarden te berekenen, moet u de persoonlijke gebrui-
kersgegevens invoeren.
De weegschaal beschikt over 10 geheugenlocaties voor gebruikers waarin u en uw familieleden de persoon-
lijke instellingen op kunnen slaan en deze weer op kunnen roepen.
Zet de weeginstallatie aan. Schakel de weegschaal in door kort met uw voet op het oppervlak te drukken.
Wacht tot „0.0" in de display verschijnt.
Druk vervolgens op „SET". In de display verschijnt nu knipperend de eerste g eheugenlocatie. U kunt nu de
volgende instellingen bewerken:
Geheugenlocatie
1 tot 10
Lengte
100 tot 220 cm (3'-03" tot 7'-03")
Leeftijd
10 tot 100 jaar
Geslacht
man ( ), vrouw ( )
Aktivitätsgrad
1 tot 5
– Waarden veranderen: knop
– Invoer bevestigen: knop SET indrukken.
– Nadat de waarden werden ingesteld verschijnt in de display „0.0 kg".
– Daarna is de weegschaal klaar voor gebruik. Wanneer er niet wordt gewogen, gaat de weegschaal na
enkele seconden automatisch uit.
Activiteitsgraad
Bij het selecteren van de activiteitsgraad is de gemiddelde en langdurige benadering beslissend.
– Activiteitsgraad 1: Geen lichamelijke activiteit.
– Activiteitsgraad 2: Weinig lichamelijke activiteit.
Weinig en lichte lichamelijke inspanningen (bijv. wandelen, lichte werkzaamheden in de tuin, gymnas-
tiekoefeningen).
– Activiteitsgraad 3: Gemiddelde lichamelijke activiteit.
Minimaal 2 tot 4 maal per week en telkens 30 minuten lichamelijke inspanning.
– Activiteitsgraad 4: Grote lichamelijke activiteit.
Minimaal 4 tot 6 maal per week en telkens 30 minuten lichamelijke inspanning.
– Activiteitsgraad 5: Zeer grote lichamelijke activiteit.
Intensieve lichamelijke inspanning, intensieve training of zware lichamelijke arbeid, telkens minimaal 1 uur.
5.3 Meting uitvoeren
Nadat alle parameters zijn ingevoerd, kunnen gewicht, lichaamsvet en de andere waarden worden berekend.
– Selecteer door meerdere keren op
opgeslagen. Deze worden dan achterelkaar weergegeven tot „0.0 kg" wordt weergegeven.
– Stap met blote voeten op de weegschaal en let erop dat u rustig, met uw gewicht gelijkmatig verdeeld,
op de elektroden van edelstaal staat.
Belangrijk: Er mag geen contact zijn tussen beide voeten, benen, kuiten en dijbenen. De
meting kan dan niet correct worden uitgevoerd.
of
indrukken of voor snelle doorloop ingedrukt houden.
of
de geheugenplaats waar uw persoonlijke gegevens zijn
4

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave