Download Print deze pagina

Esu T16.1 Series Gebruiksaanwijzing pagina 10

Advertenties

De rookgenerator werkt slechts in verbinding met de geluidsfunctie. Schakel nu de rookgenerator in met de
functietoets F3.
Zolang de geluidsfunctie niet ingeschakeld is, gebeurt er voorbeeldgetrouw niets. Door op toets F1 te drukken, hoort u
het ketelgeruis. Zodra u de regelaar draait, zendt de machine een rookwolk in de hemel van uw modelspoorbaan.
De intensiteit van de rook wordt voorbeeldgetrouw lager zodra de regulateur in neutrale stand wordt gezet. Bij
versnellingsfases wordt er meer rook prototypisch uitgestoten. Bij het afremmen is natuurlijk slechts een dunne
rookpluim te zien.
Om het model te beschermen, schakelt de rookgenerator automatisch uit na 6 minuten. Op die manier wordt
een oververhitting vermeden ingeval er geen olie meer in de tank zou zijn. Schakel F3 uit en dan weer in om
de rookfunctie opnieuw te activeren.
De maximale tankinhoud bedraagt 0,5 ml en is genoeg voor een bedrijfsperiode van ongeveer 8 à 10 minuten
afhankelijk van het rijbedrijf.
Indien u het vulniveau niet kent, in geval van twijfel, niet bijtanken. Indien er geen of weinig rook wordt
geproduceerd, dan bijtanken.
In zeldzame gevallen kan het voorkomen dat het systeem, bij zeer hoog vulniveau van de tank, verstopt raakt
door condensatie. In dit geval blaas kort, herhaaldelijk door de schoorsteen om de druppeltjes te verwijderen.
Het systeem en de hele locomotief worden zeer warm tijdens het bedrijf. Laat de machine afkoelen alvorens
deze in de verpakking weer te plaatsen.
Zowel de hoeveelheid rook als de intensiteit kunnen afzonderlijk aangepast worden. (Zie hoofdstuk 5.7.).
4.2.4. PowerPack. Energiebuffer.
De T16.1 is met een onderhoudsarme energiebuffer 'PowerPack' uitgerust. Deze maakt een ononderbroken
stroomvoorziening mogelijk zelfs op vuile rails. De PowerPack is enkel actief bij digitaal bedrijf.
Na het inschakelen van de spanningvoorziening moet de PowerPack eerst opgeladen worden, het kan tot 60 seconden
duren. Daarna staat de volle buffercapaciteit ter beschikking. Het systeem levert energie aan de verlichting, de
rijmotor en de geluidsfuncties, niet aan de rookgeneratoor. De bufferduur kan aangepast worden. Zie hoofdstuk 5.8.
4.2.5. De rangeerkoppeling van de T16.1.
Aan beide fronten beschikt uw T16.1 over een op afstand bedienbare koppeling, deze is in een NEM-schacht
voorgemonteerd en wordt door de digitale centrale bestuurd. In principe is het aankoppelen mogelijk met alle
bekende universele beugelkoppelingen. Het ontkoppelen werkt echter slechts indien de beugel van de
tegenovergestelde koppeling van een niet-magnetisch materiaal gemaakt is. Daar het met de wijdverbreide Märklin®
kortkoppeling niet het geval is, vindt u 2 stukken geschikte ESU universele vervangingskoppelingen in het
toebehorenzakje. Onder het artikelnummer 41000 kunt u extra koppelingen bij uw handelaar bestellen.
Bij het indrukken van functietoets F4 wordt de achterste koppeling (ten opzichte de rijrichting) geactiveerd : de
locomotief duwt de trein aanvankelijk lichtjes, de ontkoppeling wordt geactiveerd en de locomotief beweegt een paar
millimeter naar voren en laat de wagens staan. Deze werkswijze
wordt door modelspoorders ''Kupplungswalzer'' genoemd. Tijdens de ontkoppelingsprocedure trilt de koppeling. Dit is
normaal.
Aan de achterzijde van de locomotief overlappen de spoelen van de aandrijfmotor en van de koppeling. Indien u de
ontkoppelingsfunctie meer dan tienmaal doorlopend gebruikt, verwarmt de spoel en een betrouwbare werking kan
niet langer worden gegarandeerd. De beschadiging van de koppeling is echter uitgesloten. Na enkele minuten is de
spoel afgekoeld en de ontkoppeling werkt opnieuw perfect.
5. Decoderinstellingen aanpassen.
Hoofdstuk 5 behandelt het wijzigen van de belangrijkste instellingen van de LokSound decoder. De decoder in uw
T16.1 werd speciaal aan het model aangepast en biedt talrijke eigenschappen die hier niet in hun geheel kunnen
vermeld worden. We beperken ons tot de meest voorkomende vragen.Voor iedere veranderlijke eigenschap is er
binnen de decoder één of meerdere geheugenlocaties waarin getallen of karakters kunnen opgeslagen worden.
Die individuele geheugenlocaties kunnen als systeemkaarten beschouwd worden die in een grote kaartenbak bewaard
zijn. Om individuele kaarten te kunnen terugvinden hebben ze een nummer of een beschrijving met de eigenschap van
de kaart, b.v. 'locadres' of 'topsnelheid'.
Stelt u zich nu voor dat u op die kaarten met een potlood kunt schrijven, het is dus altijd mogelijk de kaarten uit te
wissen en erop opnieuw te schrijven. U kunt niet op alle kaarten schrijven, sommige informatie is definitief opgeslagen,
b.v. de identificatie van de fabrikant ESU.
U bepaalt zelf de inhoud van de geheugenlocaties, de inhoud wordt tijdens het bedrijf door de decoder gelezen en in
acht genomen. Door een 'programmering' genaamde procedure kunt u de geheugenlocaties met de gewenste

Advertenties

loading

Gerelateerde Producten voor Esu T16.1 Series