13. Algemene instructies voor de 3D-print
Schakel tijdens het printproces nooit de stroom uit. Trek de USB-kabel er ook nooit uit en laat de SD-kaart
in het apparaat.
• De printkwaliteit van 3D-printers zijn afhankelijk van tal van factoren. De belangrijkste zijn:
- Printsnelheid
- Printlaagdikte
- Printbedkalibratie
- Mondstuktemperatuur
- Temperatuur van de verwarmingsplaat (bij bestelnr. 1592461)
- Filament-intreksnelheid
- 3D-modelstructuur
• Het is daarom niet altijd gelijk bij de eerste poging mogelijk, een bevredigend printresultaat te behalen. Correcties
en fijnafstemmingen zijn nodig om de printkwaliteit te verbeteren.
• Elk materiaal heeft andere printinstellingen nodig.
• U dient een overhang van meer dan 45° te vermijden. Gebruik indien nodig de bouwplatformoptie in "Cura" en
verwijder het platform na het printproces.
a) Mondstuktemperatuur
• De beste mondstuktemperatuur is afhankelijk van het filamentmateriaal evenals van de dikte van de printlaag. De
printtemperatuur van het filament varieert afhankelijk van het filamentmateriaal en de filamentfabrikant. Controleer
vóór het printen altijd de informatie over het betreffende filament. Om een zo goed mogelijk resultaat te bereiken,
raden wij originele Renkforce filamenten aan.
• Voer de eerste testprints uit met de standaard temperatuur.
• Om de printkwaliteit te optimaliseren, print u hetzelfde objext met dezelfde printlaagdikte en verschillende
spuitmondtemperaturen. Stel telkens een andere temperatuur (in 5 °C-stappen) in als bij het voorafgaande
printproces. Vergelijk vervolgens de printresultaten.
Zo vindt u het makkelijkst de optimale mondstuktemperatuur voor verschillende filamenten en printlaagdiktes.
• Als de mondstuktemperatuur te heet is ingesteld, kan het materiaal niet snel afkoelen en versmelt weer met de
zich eronder bevindende laag.
• Is de mondstuktemperatuur te laag, wordt het filament niet vloeibaar genoeg en is de filamentstroom niet homogeen.
Bovendien kunnen de afzonderlijke filamentlagen niet voldoende verbinden.
b) Verhinderen van mondstukblokkades
• Houd de hoge temperatuur aan het mondstuk niet te lang op peil zonder te printen.
• Houdt het mondstuk bij het intrekken van het filament op minstens 20 mm afstand ten opzichte van het printbed.
• Verwijder het filament na gebruik.
• Zorg voor voldoende ventilatie. De ventilatieopeningen aan de extruder mogen niet worden afgedekt.
27