Onderhoud en reparatie
7.2.2 Lamellen vervangen
Afb. 7 Lamellen vervangen
O
Draairichting
1
X
Minimumhoogte
Y
Schuine zijde van de lamel
Z
Opening in de behuizing
b
Deksel behuizing
d
Lamel
22
|
www.gd-elmorietschle.com © Gardner Denver Schopfheim GmbH, Gardner Denver Deutschland GmbH
b
d
Lamellen controleren:
Pompen van het type V-VTN 6 - 25 hebben 6 kool-
stofl amellen en pompen van het type V-VTN 40
hebben 7 koolstofl amellen die tijdens het gebruik
geleidelijk slijten.
V-VTN 6 - V-VTN 15: eerste controle na 7.000 be-
drijfsuren, vervolgens elke 1.000 bedrijfsuren.
V-VTN 25: eerste controle na 5.000 bedrijfsuren,
vervolgens elke 1.000 bedrijfsuren.
V-VTN 40 / V-VTN 60: eerste controle na 3.000 be-
drijfsuren, vervolgens elke 1.000 bedrijfsuren.
V-VTN (01) - (11): schroef het uitblaasrooster (afb. 5/
G) eraf. Verwijder vervolgens het deksel (afb. 7/b)
van de behuizing. Haal de lamellen (afb. 7/d) er ter
controle uit. Alle lamellen moeten de volgende mini-
mumhoogte (afb. 7/X) hebben:
Type
V-VTN 6, 10
V-VTN 15, 25
V-VTN 40
V-VTN 60
De lamellen mogen uitsluitend per set worden
vervangen.
Lamellen vervangen: als u bij het controleren van
de lamellen vaststelt dat deze de minimumhoogte
hebben bereikt of lager zijn, dan moet u de lamellen-
set vervangen.
Blaas de behuizing en de gleuven van de rotor uit.
Leg de lamellen in de gleuven van de rotor. Let er
daarbij op dat de schuine zijde van de lamellen
(afb. 7/Y) naar buiten wijst en dat deze schuine zijde
in de draairichting (afb. 7/O
verloop van de opening in de behuizing (afb. 7/Z).
Schroef vervolgens het deksel van de behuizing
(afb. 7/b) en het uitblaasrooster (afb. 6/G) weer vast.
Controleer alvorens het apparaat weer in werking
te stellen of de lamellen vrij bewegen door aan de
ventilator te draaien. Verwijder daartoe het aanzuig-
rooster (afb. 2/G
Z
X
O
1
X (minimumhoogte)
20 mm
24 mm
35 mm
37 mm
) overeenstemt met het
1
) of de beschermkap (afb. 3/G
1
Y
).
2