REGELING LUCHT
Regeling temperatuur ingeblazen lucht
Omschrijving
In sommige toepassingen kan het handig zijn alleen de temperatuur van de ingeblazen lucht te regelen, zonder dat ook de
ruimteluchttemperatuur geregeld wordt.
Deze functie kan geactiveerd worden in het menu (3211) en in dit geval worden de verschillende componenten van de rooftop ingedeeld
volgens een voorrangsniveau en met een capaciteitsfactor berekend op basis van de gemeten temperatuur van de ingeblazen lucht
en de temperatuur van de ingeblazen lucht ingesteld door de gebruiker in de menu's (2251) en (2252).
hiernaast kan de CLIMATIC 60, zoals voor de offset van de instelling volgens de buitentemperatuur, de instellingen voor de koeling
en verwarming en zo ook de dode zone regelen volgens de offset van de buitenluchttemperatuur.
Instelling setpoint ingeblazen lucht (°C)
22°c
(2242)
(2252)
19°c
(2243)
(2251)
Setpoint koeling ingeblazen lucht (°C)
In het voorbeeld hierboven worden de instellingen (2256) en (2258) op -5k en +5k gezet, de fabrieksinstelling is 0k.
Instellingen
De verschillende instellingen voor de regeling van de temperatuur van de ingeblazen lucht zijn beschikbaar in de menu's:
(2251):
lage drempel in koelmodus
(2252):
hoge drempel in verwarmingsmodus
(2255):
lage drempel buitentemperatuur voor gradiënt op instelling toevoertemperatuur
(2256):
coëfficiënt van de lage buitentemperatuur voor de gradiënt van de instelling voor de toevoertemperatuur
(2257)
hoge drempel buitentemperatuur voor gradiënt op instelling toevoertemperatuur
(2258)
coëfficiënt van de hoge buitentemperatuur voor de gradiënt van de instelling voor de toevoertemperatuur
(3211)
keuze regeling (ruimtetemperatuur of toevoer)
CL60 ROOFTOP-IOM-0213-D
27°c
24°c
- 5°k
(2256)
(2245)
17°c
14°c
0°c
(2255)
(2244)
(2257)
+ 5°k
(2258)
(2247)
30°c
Buitenluchttemperatuur °C
(2246)
• 11 •