C A L I B R A T I O N
G A S C A L I B R A T I ON
s e l e c t :
1
G A S C A L I B R A T I O N
Z E RO A D J U S T
s e l e c t :
Z E R O A D J U S T
A P P L Y A I R !
u s e
c l e a n
Z E R O A D J U S T
0 . 0 1 p p m
V a l u e
s t a b l e
Z E R O A D J U S T
0 . 0 0 p p m
V a l u e
o . k .
Z E R O A D J U S T
S A V E ?
< s e t >
t o
continued
vervolg
Satellite XT 4-20 mA Versies
Het submenu gasijking wordt gebruikt voor dynamische
ijking. Gebruik voor de nulijking zuivere of synthetische
lucht, vrij van meetgas of andere storende gassen. De
o f
3
sensor moet voor de ijking worden opgewarmd.
Voor bereikinstelling is het aanbevolen om testgas te
gebruiken met een bekende concentratie net op of
boven de grenswaarden voor het doelgas. AHoud altijd
de juiste volgorde aan: voer eerst de nulijking uit en
dan pas de bereikinstelling.
Gebruik de <set>-toets om naar de nulijking te gaan.
Volg de instructie die verschijnt.
1
o f
2
Nulijking is van toepassing op alle sensoren,
behalve op zuurstofsensoren.
Zorg voor aanvoer van zuivere of synthetische lucht en
druk op de <set>-knop om verder te gaan.
a i r
!
Laat de nulwaarde stabiliseren.
Wanneer de waarde reeds nul bedraagt, is nulijking niet
nodig. Druk op de <esc>-toets om af te sluiten.
Druk op de <set>-toets wanneer de waarde niet gelijk
is aan nul om het nulpunt bij te stellen. Vervolg de
?
procedure.
De waarde is nul. Druk op de <set>-toets om verder
te gaan.
?
Druk op de <set>-toets om het nieuwe nulpunt te
bewaren in het interne geheugen van de eenheid.
c o n f i r m
IJking - Hoofdstuk 5
Gasijking
Nulijking
Lucht aanvoeren!
<Feitelijk nulpunt>
<Bijgesteld nulpunt>
Opslaan?
5-2