11
|
Configuratie
Uitgebreide handleiding voor de installateur
166
OPMERKING
Gemiddelde afgevertemperatuur = aanvoerwatertemperatuur - (Delta T)/2
Dit betekent dat bij een zelfde instelpunt van de aanvoerwatertemperatuur de
gemiddelde afgevertemperatuur van de radiatoren lager is dan die van de
vloerverwarming, vanwege een grotere delta T.
Voorbeeld radiatoren: 40–8/2=36°C
Voorbeeld vloerverwarming: 40–5/2=37,5°C
Om te compenseren, kunt u:
▪
De weersafhankelijke curve gewenste temperaturen verhogen [2.5].
▪
Modulatie van de aanvoerwatertemperatuur inschakelen en de maximale
modulatie verhogen [2.C].
Instelpuntbereik
Om een verkeerde (d.w.z. te warme of te koude) watertemperatuur voor de
primaire
aanvoerwatertemperatuurzone
temperatuurbereik ervan.
OPMERKING
Voor de vloerverwarming is het belangrijk de volgende temperaturen te beperken:
▪
de
maximumaanvoerwatertemperatuur
specificaties van de vloerverwarmingsinstallatie.
▪
de minimumaanvoerwatertemperatuur tijdens koeling tot 18~20°C om geen
condensatie op de vloer te hebben.
OPMERKING
▪
Wanneer de bereiken voor de aanvoerwatertemperaturen aangepast worden,
moeten ook alle gewenste aanvoerwatertemperaturen aangepast worden, zodat
ze binnen de grenswaarden blijven.
▪
Zorg steeds voor een evenwicht tussen de gewenste aanvoerwatertemperatuur
met de gewenste kamertemperatuur en/of de capaciteit (in functie van de
kenmerken
aanvoerwatertemperatuur is het resultaat van verschillende instellingen
(voorgeprogrammeerde waarden, omschakelwaarden, weersafhankelijke curven,
aanpassing). Bijgevolg kunnen te hoge of te lage aanvoerwatertemperaturen
overtemperaturen of gebrek aan capaciteit veroorzaken. Door het bereik van de
aanvoerwatertemperaturen te beperken tot geschikte waarden (afhankelijk van
de warmteafgever) kunnen dergelijke situaties vermeden worden.
Voorbeeld: In de verwarmingsmodus moet de aanvoerwatertemperatuur
voldoende hoger zijn dan de kamertemperaturen. Om te voorkomen dat de kamer
niet naar wens opwarmt, stelt u de minimale aanvoerwatertemperatuur in op
28°C.
te
van
de
geselecteerde
voorkomen,
beperkt
tijdens
verwarming
volgens
warmteafgevers).
De
EBLA09~16D + EDLA09~16D
Daikin Altherma 3 M
4P620241-1B – 2022.05
u
het
de
gewenste