Inhoudsopgave
Advertenties
9 Kalibratie
opgeslagen
steilheid con-
troleren
Steilheid hand-
matig instellen
9.3
Nulpuntsinregeling
23
Met de knoppen
instellen.
Op de knop
drukken. De ingestelde waarde wordt overgenomen; de
PGM
dTRANS Az 01 keert terug in de meetmodus.
Bij afbreken van de kalibratie en behoud van de oude waarde voor de
steilheid:
Druk op knop
Wanneer de kalibratie afgebroken wordt en voor de steilheid 100%
wordt geprogrammeerd:
Knop
gestart).
Geen verandering door bediening van de knoppen
voeren.
Druk op knop
Op de dTRANS Az 01 de configuratiemodus kiezen:
De knop
2 maal langer dan 2 seconden indrukken.
PGM
De knop
een aantal keren korter dan 1 seconde indrukken totdat
PGM
"SLOP" (steilheid) wordt getoond.
De steilheid wordt in % weergegeven.
Wanneer de waarde voor de steilheid onder de 40% is gedaald,
moeten de membraankap en het elektrolyt worden vervangen en
moet de elektrodetop worden gereinigd.
Hoofdstuk 11.1.1 "Reinigen van de elektrodetop / membraan-
kap en elektrolyt vervangen", pagina 26.
De dTRANS Az 01 met code 0300 ontgrendelen.
Op de dTRANS Az 01 de configuratiemodus kiezen:
De knop
2 maal langer dan 2 seconden ingedrukt houden.
PGM
De knop
zo vaak korter dan 1 seconde indrukken, totdat "SLOP" (steil-
PGM
heid) wordt getoond.
De parameter "SLOP" (steilheid) met de knoppen
Druk op knop
PGM
Een nulpuntsinregeling van de membraanbedekte meetcel is niet nodig. Wan-
neer geen analyt in het meetwater aanwezig is, wordt ongeveer nul aangege-
ven. Het nulpunt is onafhankelijk van wijzigingen in de doorstroomhoeveel-
heid, de geleidbaarheid, de temperatuur en de pH-waarde.
en
het display op de verkregen referentiewaarde
i.p.v. op knop
EXIT
en
tegelijkertijd indrukken (de kalibratie wordt
PGM
.
PGM
- de gewijzigde parameter wordt overgenomen.
.
PGM
of
wijzigen.
of
uit-
Advertenties
Inhoudsopgave
