Handleiding FLG 10
4.1.8 Capaciteit (7)
Met beide knoppen kan de uitgangsleiding veranderd
worden. Ook hier hoort men na gedane omschakeling een
alarmtoon. Houdt men een van de knoppen ingedrukt, dan
wordt de uitgangsleiding stapsgewijs verhoogd respectievelijk
verminderd. Na het loslaten van de knop wordt de
uitgekozen capaciteit ingesteld.
Wanneer de signaalsoort op 'Multi-frequentie' ingesteld is,
bedraagt het maximale uitgangsvermogen 30 W.
Is aan de uitgangsbus geen of een hoog ohmige last (> 1 kΩ)
aangesloten, dan werkt de generator primair als wissel
spannings bron. In dit geval kan de uitgangsspanning met de
beide knoppen (7) ingesteld worden. De meetmodus wordt in
deze bedrijfssoort op spanningsmeting (V) ingesteld. De
uitgangsfrequentie en de signaalsoort zijn verder vrij
verkiesbaar.
Accu-toestandaanduiding (8)
Dit symbool toont de nog beschikbare accu capaciteit aan.
Als de batterij capaciteit beneden de 10 % is gevallen,
vertoont in bedrijf een signaal toon
Wordt de interne accu geladen, dan wordt de actuele
batterijcapaciteit op de display getoond. Als de accu volledig
geladen is, dan wordt de waarde op 100 % gezet en de
onderhoudslading geactiveerd.
Waarschuwing van spanning aan de
uitgangsbus > 40 V (9)
Verschijnt het hoogspanningssymbool (HSP- Pijl) op de
display, dan ligt aan de uitgangsbus een hogere spanning
dan 40 V.
In zendbedrijf is dit als normale bedrijfstoestand mogelijk,
wanneer de aangesloten last impedantie hoog ohmig is en
de uitgangsspanning de 40 V overschrijdt.
bed_FLG10_nl_V10_vertaling.DOC-NL 05-2004
.
13