Beschrijving van het toestel
Bedieningspaneel
a Aan/Uit - toets
van het hele koeltoestel
b Optische interface
(enkel voor de klantendienst)
c Toets van de koelzone, resp. diep-
vrieszone
d DynaCool - toets (automatische tem-
peratuurverdeling)
e In-/Uitschakelen van de functie "Su-
perKoelen" en "SuperFrost"
f Temperatuurtoets
( = kouder), keuzetoets in de instel-
lingsmodus
16
g Toets voor het bevestigen van een
keuze (OK - toets)
h Temperatuurtoets
( = warmer), keuzetoets in de instel-
lingsmodus
i Aan/Uit - toets van de instellingsmo-
dus
j Toets voor het uitschakelen van het
temperatuur- of deuralarm
k Display met temperatuuraanduiding
en symbolen. De symbolen zijn alleen
zichtbaar in de instellingsmodus, bij
een alarm of melding. Voor de bete-
kenis van de symbolen zie tabel.