HOE EEN AANGEPASTE OEFENING TE
GEBRUIKEN
1. Steek de sleutel in het bedieningspaneel.
Zie HOE HET APPARAAT AAN TE ZETTEN op
pagina 15.
2. Kies een aangepaste oefening.
Druk meerdere keren op een van de Aangepaste
Oefening [CUSTOM WORKOUT] toetsen om een
aangepaste oefening te kiezen. De display zal,
wanneer een aangepaste oefening gekozen wordt,
de maximale snelheidsinstelling en de duur van het
programma aangeven. Bovendien zal er een
profiel van de snelheidsinstellingen van de oefen-
ing verschijnen in de matrix.
Opmerking: Als de display gedurende 3
minuten geen oefening weergeeft, raadpleeg
dan HOE EEN AANGEPASTE OEFENING IN TE
STELLEN op pagina 19.
3. Start de loopband.
Druk op de Starttoets [START] of de
Snelheidstoename [SPEED] toets om met de oe-
fening te beginnen. Even nadat u op de toets heeft
gedrukt, zal de loopband zich automatisch aan-
passen aan de eerste snelheids- en hellingin-
stelling die u eerder heeft geprogrammeerd. Houd
u zich de handleuningen vast en begin met lopen.
Elke aangepaste oefening is verdeeld in verschil-
lende 1-minuut segmenten. Er is één hellingin-
stelling en één tempoinstelling geprogrammeerd
voor elk segment. Opmerking: dezelfde snelheids-
en hellinginstelling kan voor meer opeenvolgende
segmenten worden geprogrammeerd.
De aangepaste oefening werkt op dezelfde manier
als een voorafïngesteldeoefening (zie stap 3 op
pagina 17).
Indien gewenst kunt u de oefening opnieuw in-
All manuals and user guides at all-guides.com
20
stellen terwijl u deze gebruikt. Om de snelheidsin-
stelling of de hellinginstelling voor het huidige
segment te wijzigen dient u eenvoudigweg op de
Snelheids- of Hellingtoetsen [INCLINE] te drukken.
Als het huidige segment eindigt, zal de nieuwe
modus worden opgeslagen in het geheugen. Om
de duur van de oefening te verlengen wacht u tot
de oefening is afgelopen. Druk dan op de
Starttoets en programmeer de snelheids- en hellin-
ginstelling voor zoveel aanvullende segmenten als
gewenst. Als u zoveel segmenten als gewenst
heeft toegevoegd, drukt dan twee keer op de stop-
toets [STOP]. Om de lengte van de oefening te
verkorte drukt dan twee keer op de stoptoets op
elk moment voordat de oefening is voltooid.
Om de oefening tijdelijk te stoppen, drukt u op de
Stoptoets. Druk op de Starttoets om de workout te
hervaten. De loopband zal met een snelheid van 2
km/u [KM/H] beginnen te draaien. De loopband zal
bij het begin van het volgende segment de snel-
heids- en hellinginstellingen automatisch ingesteld
worden.
4. Volg uw voortgang op het display.
Zie stap 5 op pagina 16.
5. Meet uw hartslag als u dat wilt.
Zie stap 6 op pagina 16.
6. Zet de ventilator indien gewenst aan.
Zie stap 7 op pagina 16.
7. Als u klaar bent met de oefening dient u de
sleutel uit het bedieningspaneel te trekken.
Zie stap 8 op pagina 16.