3. Selecteer iedere instelling en voer de juiste instelling in voor jouw voertuigtype. Als een
instelling geen routebeperking is, zoals Maximumsnelheid, kun je deze op nul instellen.
Tip: voor de voertuigtypen Bus en Vrachtwagen zijn de afmetingen, het gewicht en de maxi-
mumsnelheid van tevoren al ingesteld. Pas de instellingen aan de werkelijke specificaties van
je voertuig aan.
Belangrijk: instellingen die op nul zijn gezet, worden niet gebruikt om beperkingen te bepalen
wanneer een route wordt gepland.
4. Als je voertuig een vrachtwagen is die gevaarlijke stoffen vervoert, selecteer je Gevaarlijke
stoffen en vervolgens het type gevaarlijke stoffen dat wordt vervoerd.
5. Ga terug naar de kaartweergave en
Er wordt een route gepland die
tuig.
Je kunt
een alternatieve route vinden of het routetype veranderen
daarbij rekening houden met de specifieke instellingen voor het voertuig.
Routebeperkingen bekijken
Als je voertuigtype is ingesteld op Vrachtwagen of Bus, kun je tijdens het rijden routebeperkingen
zien in de
reisbegeleidingsweergave
Zoom in de kaartweergave in om de wegen met beperkte toegang te bekijken.
Wegen met beperkte toegang worden weergegeven met een kleur. Als je geplande route via een
weg met beperkte toegang loopt, dan wordt het beperkte deel gestippeld weergegeven.
Belangrijk: je moet alle verkeersborden in acht nemen, vooral de borden die betrekking hebben op
de afmetingen en het gewicht van je voertuig. We kunnen niet garanderen dat je deze onderweg
nooit zult tegenkomen en het negeren van dergelijke beperkingen kan gevaarlijk en illegaal zijn.
plan een
route.
routebeperkingen
vermijdt die van toepassing zijn op je voer-
en in de
kaartweergave
67
voor alle voertuigtypen en
wanneer je een route hebt gepland.