Gebruiksaanwijzing
Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie
de linker- en rechterzijde van de machine.
Controleer elke keer dat u gaat maaien of de zelfaan-
drijving en de bedieningsstang nog goed werken. Als u de
bedieningsstang loslaat, moeten de motor en het mes
binnen 3 seconden stoppen. Doen ze dat niet, dan moet u
contact opnemen met een erkende Service Dealer.
Voorzichtig
Deze machine stelt de bestuurder bloot aan geluids-
niveaus van meer dan 85 dBA. Bij langdurige bloot-
stelling kan dit leiden tot gehoorbeschadiging.
Draag gehoorbescherming als u deze machine
gebruikt.
Bedieningsorganen
De bedieningsstang, de gashendel en de handgreep van het
startkoord zitten aan het bovenste deel van de handgreep,
zoals te zien in Figuur 8.
1
Figuur 8
1. Bedieningsstang
2. Gashendel
Motor starten
1. Sluit de bougiekabel aan op de bougie (Fig. 7).
2. Open de brandstofklep door de hendel naar rechts te
bewegen (Fig. 9).
Figuur 9
1. Brandstofklep
2
3
222
3. Handgreep startkoord
1
11
3. Zet de gashendel op Choke (Fig. 8).
Opmerking: U mag de choke niet gebruiken als de
motor warm is.
4. Houd de bedieningsstang tegen de handgreep (Fig. 8).
5. Trek de handgreep van het startkoord (Fig. 8) lang-
zaam uit totdat u weerstand voelt, daarna krachtig
uittrekken. Laat het koord langzaam naar de handgreep
terugkeren.
6. Als de motor start, zet u de gashendel op Snel en zet
de snelheidsregelaar in de gewenste stand.
Opmerking: Wil de motor na drie pogingen niet starten,
herhaal dan de stappen 4 tot en met 6.
Motor afzetten
Zet de bedieningsstang vrij. Zowel de motor als het mes
moeten nu binnen 3 seconden stoppen. Doen ze dat niet,
dan moet u contact opnemen met een erkende Service
Dealer.
Opmerking: Sluit de brandstofklep door de hendel naar
links te bewegen, als u de motor niet spoedig daarna zult
starten.
Zelfaandrijving gebruiken
De maaimachine heeft drie rijsnelheden. 1 is langzaam, 2
is medium en 3 is snel. De rijsnelheidsregelaar bevindt
zich op de achterzijde van de drijfriemkap (Fig. 10).
1
Figuur 10
1. Rijsnelheidsregelaar
1. Zet de rijsnelheidsregelaar in de
2. Start de motor.
224
(Neutraal) stand.