STORINGS- EN FOUTMELDINGEN
Storingsanalyse en foutmeldingen
Indien de unit niet aangaat (en de display van de afstandbediening en de leds op de printplaat ook uit zijn) staat er
waarschijnlijk geen spanning op. Het kan ook zijn dat de interne zekering is doorgebrand, deze zit naast de printplaat
in een kunststof behuizing.
Als de unit niet aan gaat en er staat spanning op (led op de printplaat knippert en de display van de afstandbediening
geeft E:01) moeten waarschijnlijk 2 van de 3 fasen met elkaar verwisseld worden, welke van de 3 maakt niet uit.
Als de zekeringautomaat er uit klapt als de unit moet gaan koelen is waarschijnlijk een verkeerde waarde of verkeerd
type geïnstalleerd. Check de juiste gegevens bij de technische specificaties (pag 8).
Als de unit vreemde geluiden maakt of slecht koelt kijk dan altijd op de manometer of de wijzer niet teveel rechts
over het midden van het venster gaat en kijk of de watertemperatuur niet over de 50°C gaat. Mocht dit het geval zijn
zorg dan dat de unit meer water krijgt en check of de wijzer op de manometer daalt. Regel hem vervolgens in zoals
beschreven bij de paragraaf inregelen op pag 14.
Als er water door het apparaat blijft stromen terwijl de unit uitstaat kan het zijn dat de magneetklep verkeerd om
gemonteerd is. Controleer het pijltje op de messing behuizing. Als er water uit de zijkanten van de unit druppelt heeft
u een probleem met de condensatie waterafvoer. Check met een waterpas of de unit genoeg afschot heeft (zie de
paragraaf montage). Het kan ook zijn dat de condensatie slang te veel bochten of een restrictie heeft.
Storingscodelijst
Error 01 = Meestal fasen gekruist (Reversal). Alleen voor de 15000 serie actief.
Er moeten waarschijnlijk 2 van de 3 fasen met elkaar verwisseld worden, welke van de 3 maakt niet uit. Als de unit al
heeft gewerkt zijn de fasen goed aangesloten, het kan dan zijn dat er een probleem is met de spanning (voltage). Dit
kan gecontroleerd worden door op het witte kastje boven in het elektrische compartiment te kijken welke led er brand.
Over voltage = Voltage te hoog
Low voltage = Voltage te laag
Phase loss = Fase onderbroken
Reversal = Fasen volgorde verkeerd (gekruist)
Normal = Fasen goed aangesloten en voltage correct
Error 02= Condenswater loopt niet weg.
Controleer de condenswaterafvoer op verstopping en controleer of de unit genoeg afschot heeft richting
condenswaterafvoer.
Error 03 = Afvoer water temperatuur is hoger dan 57°C.
Verschijnt de foutmelding wanneer de unit al een tijdje in gebruik is, dan stroomt er te weinig of geen water door de
unit. De druk staat misschien te hoog ingesteld, deze mag maximaal 2,2MPa bedragen.
Zie paragraaf koelcapaciteit inregelen (pag 14) om de juiste doorstroom te krijgen.
Error 04= Omgevingstemperatuur te laag
De unit staat in een te koude omgeving waardoor er gevaar voor bevriezing ontstaat. De ruimte waarin de OptiClimate
zich bevindt moet warmer dan 4°C zijn.
Error 05= Omgeving temperatuur sensor niet aangesloten of defect
Error 06= Koelblok temperatuur sensor niet aangesloten of defect
Error 07= Retour koelwater temperatuur sensor niet aangesloten of defect
NL
20
STORINGS- EN FOUTMELDINGEN
Error 08= Waterlekkagebeveiliging actief.
Er is een waterlekkage. Verhelp de lekkage en maak het uiteinde van de sensor droog.
Bij dual-room systemen is error 08 een probleem met de 2e temperatuur sensor.
Error 09= thermische beveiliging compressor is geactiveerd.
De compressor verbruikt teveel stroom. Als na het resetten van de thermische beveiliging deze weer uitspringt, contact
opnemen met de technische dienst. De thermische beveiliging zit links naast de printplaat in het elektrische compartiment.
Error 10 = Anti-vries beveiliging, de temperatuur van het koelblok is te laag.
Als het koelblok kouder is dan 0°C kan deze dichtvriezen. De unit zal stoppen met koelen en gaan ontdooien.
Waarschijnlijk stroomt er teveel water door de unit en heeft deze hierdoor te veel koelcapaciteit. De minimale druk is
1,3MPa, het kan zijn dat de druk iets verhoogd moet worden om de koelcapaciteit iets te verminderen. Zie paragraaf
inregelen om dit te verhelpen. Ook kan de stof-/koolstoffilter verstopt zitten of de uitblaas is te krap (te weinig gaten of
te dunne slang) waardoor de unit zijn koude niet kwijt kan.
Error 11 = Slechte koeling.
De koeling is niet naar behoren. Waarschijnlijk is er een lek in het koelsysteem en dient deze gerepareerd te worden.
De condensator van de compressor kan ook defect zijn.
Error 12 = Hoge druk protectie.
Als deze foutmelding verschijnt stroomt er waarschijnlijk helemaal geen water door de unit, dit moet onmiddellijk
opgelost worden, de unit kan zijn warmte niet kwijt en de druk van het koelsysteem zal telkens te hoog oplopen. Het
kan ook dat de unit te weinig water krijgt zie paragraaf koelcapaciteit inregelen (pag 14) om de juiste water
doorstroom te krijgen.
Wanneer er geen water door de unit stroomt en de kranen en de magneetklep staan open zou ook de warmtewisselaar
verstopt kunnen zijn bij gebruik van bron of verontreinigd water. Check het zeefje in de inlaat.
Error 13 = Lage druk protectie.
Check de manometer als de unit uitstaat. Is de druk lager dan 4bar/0,4Mpa? Zo ja, zit er een lek in het koelsysteem
en moet worden gerepareerd.
Error 14 = Spannings onderbreking alarm.
De unit is zonder spanning komen te staan. Middels dit alarm wat alleen voorkomt in de alarm geschiedenis onder in
het scherm is te zien of er een spanningsprobleem is geweest.
Error 15 = Hoge omgevingstemperatuur beveiliging actief.
Pas wanneer de omgevingstemperatuur onder de ingestelde koel modus temperatuur komt zal de unit de
verwarmingsbronnen weer aanschakelen en zal het alarm verdwijnen. Er blijft wel een 15 in de log onderaan het
display staan. Deze kan men wissen door de
R
Error 16 = Water lekkage beveiliging actief.
Er is een lekkage, de externe water sensor (draad van 5 meter met aan het einde 2 blanco draadjes) maakt contact
met water en de watertoevoer is afgesloten. Als het lek is verholpen dient u de ON/OFF toets in te drukken en zal
de unit weer in normaal bedrijf gaan. Voor overige foutmeldingen dient u contact op te nemen met uw leverancier.
Error 17 = Sensor aangezogen lucht defect of niet aangesloten
Error 18 = Sensor uitgeblazen lucht defect of niet aangesloten
Error 19 = Sensor temperatuur lagedruk compressor defect of niet aangesloten
toets ingedrukt te houden.
NL
21