Opnamen maken – basisprocedures
In Beschikbare functies in de verschillende
opnamemodi (pagina 159) achter in deze
handleiding kunt u nagaan welke instellingen u in
de verschillende opnamemodi kunt wijzigen.
Automatische modus
In deze modus hoeft u alleen de
ontspanknop in te drukken. De camera
doet de rest.
1
Controleer of de camera in de
opnamemodus staat (pagina 32).
2
Zet het programmakeuzewiel in
de stand
.
3
Als u wilt, kunt u het LCD-scherm
openklappen.
4
Richt de camera op het
onderwerp dat u wilt
fotograferen.
34
Programmakeuzewiel
5
Gebruik de zoomhendel om de
gewenste compositie te maken
(relatieve grootte van het
onderwerp in de zoeker).
U kunt de gezichtshoek aanpassen binnen
een bereik van 38 tot 114 mm (gelijkwaardig
aan 35mm-film).
Als het LCD-scherm is ingeschakeld, kunt
u de optische en digitale zoomfunctie
combineren voor vergroting van de beelden
tot maximaal ca. 12x (zie Digitaal inzoomen,
pagina 47.)
6
Druk de ontspanknop half in.
De camera beschikt over een ontspanknop
die in twee fasen kan worden bediend.
:hiermee vergroot u het
onderwerp (telelens)
:hiermee verkleint u het
onderwerp (groothoek)