1.5.2. Dagelijks voor het gebruik
•
Voer de dagelijkse controles uit voor u de rolstoel
gaat gebruiken. Maak er een gewoonte van om de
rolstoel te inspecteren. Wanneer u een rolstoel met
een frame of wielen waarmee iets aan de hand is
blijft gebruiken, kan deze tijdens het rijden be-
schadigen, waardoor u kunt kantelen of vallen.
•
Controleer elke dag voor u de rolstoel gaat gebrui-
ken of de banden zijn opgepompt. Zorg er altijd
voor dat de spanning van de achterbanden normaal
is. Wanneer de bandenspanning te laag wordt, kan
he zijn dat de remmen minder goed werken.
•
Controleer elke dag voor u de rolstoel gaat ge-
bruiken of de achteroverkantelbeveiliging (met de
steunwieltjes) in de goede positie staat. Als de ach-
teroverkantelbeveiliging niet goed is gemonteerd,
zou de rolstoel achterover kunnen kantelen.
•
Controleer elke dag de restcapaciteit van de accu
voordat u de rolstoel gaat gebruiken. Als de rest-
capaciteit van de accu laag is, kan de accu tijdens
het gebruik van de rolstoel leeg raken, waardoor
u niet meer elektrisch ondersteund kunt rijden.
WAARSCHUWING
1
5