28
nl | Configuratie
7.3.2
Microfoongevoeligheid
De instelling voor de microfoongevoeligheid bepaalt de versterking van de microfoonversterker
vóór de signaalbegrenzer. Het ingestelde uitgangsniveau (item (8) in Hardwareconfiguratie van
oproeppost, pagina 26) bepaalt het volume van de uitgang na de signaalbegrenzer. Let erop dat
dit twee verschillende dingen zijn. Het uitgangsniveau bepaalt het volume van de
mededelingen in de zones, terwijl de ingestelde gevoeligheid luide of zachte stemmen
compenseert. Mensen die zacht spreken of veel afstand tot de microfoon houden, moeten een
hoge gevoeligheid gebruiken. Wees voorzichtig bij het selecteren van een hoge gevoeligheid in
combinatie met een hoog uitgangsniveau wanneer de luidsprekers van de zone zich in dezelfde
ruimte bevinden als de oproeppost. Dit kan leiden tot akoestische feedback (rondzingen).
1.
2.
3.
Gevoeligheid
1
2
3
4
5
6 (max.)
Tab. 7.7: Instellingen voor microfoongevoeligheid
7.3.3
Spraakfilter
Het spraakfilter verwijdert de laagste frequenties van het spraaksignaal, die vooral aanwezig
zijn wanneer dicht bij de microfoon wordt gesproken. Door de laagste frequenties te
verwijderen, vermindert de kans dat de versterker overbelast raakt en wordt de
verstaanbaarheid verbeterd.
1.
2.
3.
Spraakfilter
Gefilterde terugkoppeling
2019.08 | V1.21 |
Houd de PTT-knop en de knop Zone 5 tegelijkertijd langer dan 3 seconden ingedrukt. De
LED voor spreken en de LED voor zone 5 knipperen om aan te geven dat de
configuratiemodus is geactiveerd.
Druk herhaaldelijk op de knop Zone 5 om de zes verschillende gevoeligheidsinstellingen
te doorlopen. De LED's van zone 1-3 tonen de geselecteerde gevoeligheid (0 = LED uit, 1
= LED aan).
Druk op de PTT-knop om de geselecteerde gevoeligheid op te slaan en de
configuratiemodus af te sluiten.
Houd de PTT-knop en de knop Zone 2 tegelijkertijd langer dan 3 seconden ingedrukt. De
LED voor spreken en de LED voor zone 2 knipperen om aan te geven dat de
configuratiemodus is geactiveerd.
Druk op de knop Zone 2 om te schakelen tussen een vlakke frequentieterugkoppeling en
de gefilterde terugkoppeling. De LED van zone 2 toont de geselecteerde filterinstelling (0
= LED uit, 1 = LED aan).
Druk op de PTT-knop om de instelling voor het spraakfilter op te slaan en de
configuratiemodus af te sluiten.
Bedieningshandleiding
LED van zone 3
LED van zone 2 LED van zone 1
0
0
0
1
0
1
1
0
1
0
1
1
LED van zone 2
Opmerking
0
Laagfrequent bij 315 Hz (-3 dB),
6 dB/octaaf
All-in-One systeem 240 W
1
0
1
0
1
0
Bosch Security Systems B.V.