Bedieningsinstructie
7
Overige voorzieningen
7.1 Aardlekmodule
Het aggregaat heeft de mogelijkheid voor het aansluiten van een aardlekbeveiligingsmodule in de
besturingskast. Deze wordt aangesloten op de groen connector onder in de kast. Bij een
aardfout schakelt de beveiligingsmodule de hoofdschakelaar uit. Het indicatielampje
"AARDFOUT" gaat branden. Opnieuw starten van het aggregaat is pas mogelijk ná herstel van de
aardfout.
Spoor de oorzaak van de aardfout op en herstel deze.
Druk op de aardfout reset schakelaar (gecombineerd met het indicatielampje) om de aardfout
te resetten.
Schakel de hoofdschakelaar weer in.
Aanbevolen wordt om voor ieder gebruik van het aggregaat de aardlekbeveiligingsmodule te
testen. Test de module op de hier onder beschreven wijze.
Start het aggregaat op.
Schakel de hoofdschakelaar in.
De groene LED op de aardlekmodule brandt.
Druk op de schakelaar "test" van de module.
De generatorhoofdschakelaar wordt nu afgeschakeld en de rode
LED brandt. Wordt de hoofdschakelaar niet afgeschakeld,
controleer dan de module en de bedrading.
Druk op de schakelaar "reset" op de module of druk op de "aardfout herstel" schakelaar op
de bedieningskast.
7.2 Veldonderbreking
Omdat er na het schoonmaken door middel van "stoomcleaning" nogal wat vocht in de generator
kan achterblijven, bestaat de mogelijkheid om zonder spanning te draaien. Door het veld van de
generator te onderbreken, kan het aggregaat draaien zonder dat de generator spanning levert. Op
die manier kan de generator gedroogd worden.
Handel als volgt voor veldonderbreking:
Zorg dat het aggregaat niet kan draaien door de massaschakelaar uit te zetten.
Maak de verbinding tussen de klemmen X7: E+ en ++ in de bedieningskast los.
Zet de schakelaar voor de generatorbeveiligingen in de besturingskast op 0.
Het veld is nu onderbroken en de generator zal geen spanning leveren.
Bredenoord Aggregaten
©
Figuur 8: Aardlekmodule
22