Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

in '3'. De portofoon geeft de ingestelde waarde
door.
• Druk lang op de PTT-knop om de wijzigingen
op te slaan en terug te keren naar de
programmeermodus 'Wachtstand'.
• De LED van de portofoon begint groen te
knipperen als de programmeermodus
'Wachtstand' weer actief is.
• Druk lang op de PTT-knop om de
programmeermodus af te sluiten.
Voorbeeld van het programmeren
van auto-scan
Auto-scan is de laatste programmeermodus.
Deze functie kan worden in- of uitgeschakeld
voor een bepaald kanaal. Zo schakelt u auto-
scan in:
1. Activeer de programmeermodus en
selecteer het gewenste kanaal (zie
'Programmeermodus activeren' op pagina 38).
2. Druk zes keer kort op de PTT-knop om de
modus voor het programmeren van auto-scan
te activeren. De portofoon geeft de huidige
instelling van de auto-scanfunctie door
40
Nederlands
(raadpleeg 'Auto-scaninstellingen uitlezen' op
pagina 41).
3. Druk kort op SB1 om de waarde van de
auto-scanfunctie voor dat kanaal te wijzigen.
Als de functie is ingeschakeld, knippert de LED
op de portofoon een keer rood. Als de functie
is uitgeschakeld, knippert de LED een keer
oranje.
ANDERE FUNCTIES PROGRAMMEREN

SCANFUNCTIE

Met de scanfunctie kunt u andere kanalen
controleren om gesprekken waar te nemen.
Als de portofoon een transmissie waarneemt,
wordt het scannen gestopt en blijft het betref-
fende kanaal actief. U kunt dan luisteren naar
en spreken met de personen op dat kanaal
zonder de kanaalknop te draaien. Als er gedu-
rende die tijd wordt gesproken op kanaal 2,
blijft de portofoon bij kanaal 1 en hoort u niet
wat er gebeurt op kanaal 2. Nadat het spreken
op kanaal 1 is opgehouden, wacht de porto-
foon 5 seconden voordat de scanfunctie weer
wordt hervat.
Engels

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave