7 Installatie
D BG BA
IT
HR HU SK
CZ
SI
ES PT PL GR CY IE TR
C
13
C
33
C
43
C
53
C
(a)
63
C
83
C
93
(a)
De stukken voor de gasuitlaat en luchtinlaat kunnen bij
derden worden aangekocht. Alle stukken die bij een andere
leverancier gekocht worden, moeten aan EN14471
voldoen.
(b)
NIET toegestaan.
7.12.6
Schoorsteenpijppositie
Zie de lokale en nationale voorschriften.
Vooral voor Ver. Kon.:
Gebruik alleen rookafvoerproducten die door de fabrikant van de
boiler zijn goedgekeurd; deze producten kunnen bekomen worden
bij de leverancier van uw boiler.
Raadpleeg de ter plaatse te voorziene accessoires voor alle
beschikbare accessoires.
S
A
M
Q
R
A
G
D
J
T2
F
N
E
Positie van het eindstuk
A
Rechtstreeks onder een venster dat kan
worden geopend of een andere opening
(bijv. gatensteen)
Uitgebreide handleiding voor de installateur
44
CH AT
MT LT
LT LV UK FR
Daikin
Daikin
Daikin
Daikin
(b) (a)
(b)
(a)
Daikin
Daikin
P
C
B
N
Q
Q
P
T2
T2
T
T1
F
H
I
K
L
Minimumafsta
nd (mm)
300
Positie van het eindstuk
B
B
Onder (dak)goten, afvoerpijpen of
afvoerbuizen
C
Onder (overhangende) dakranden
D
Onder balkons of afdaken voor
voertuigen
(b)
E
Vanuit verticale afvoerbuizen en
afvoerpijpen
F
Vanuit in- of uitwendige hoeken
G
Boven de begane grond, dak- of
balkonhoogte
H
Vanuit een oppervlak voor een eindstuk
I
Vanuit een eindstuk dat naar uit ander
eindstuk afvoert
J
Vanuit een opening in een carport (bijv.
deur, raam) in een woning
K
Verticaal vanuit een eindstuk op
dezelfde muur
L
Horizontaal vanuit een eindstuk op
dezelfde muur
M
Boven een opening, gatensteen,
vensteropening enz.
N
Horizontaal naar een opening,
gatensteen, vensteropening enz.
P
Boven dakhoogte (naar basiseindstuk)
Q
Vanuit een aangrenzende muur naar
rookafvoer
R
Vanuit een aangrenzende
vensteropening
S
Vanuit een ander dakeindstuk
-
Vanuit een buitenrand. Opmerking:
indien het eindstuk recht voor een rand
is, wordt geadviseerd een antipluimkit te
monteren.
T
Eindstukken naast vensters of
openingen op platte of schuine daken:
T1
de rookafvoer mag deze zone NIET
T2
penetreren.
OPMERKING
De fabrikant van de ketel kan niet verantwoordelijk worden
gesteld voor atmosferische omstandigheden bij het
aanbrengen van schoorsteeneindstukken.
VOORZICHTIG
Zodra het schoorsteensysteem is geïnstalleerd en het
apparaat in bedrijf is gesteld, moet de installateur de
richting van de rookpluim in de gaten houden. Er moet
speciale aandacht worden geschonken aan de damp van
de rookpluim die de gasboiler opnieuw binnendringt via de
luchtinlaat. Als dit gebeurt, is het zeer waarschijnlijk dat de
schoorsteen wordt voorzien van een negatief drukgebied
en
daarom
geplaatst.
7.12.7
Isolatie van de gasuitlaat en luchtinlaat
Condensatie kan zich voordoen aan de buitenzijde van het
pijpmateriaal wanneer de materiaaltemperatuur laag is en de
omgevingstemperatuur hoog met een hoge vochtigheidsgraad.
Gebruik 10 mm vochtbestendig isolatiemateriaal wanneer er risico
op condensatie is.
Daikin hybride voor multiwarmtepomp – warmtepompmodule
Minimumafsta
MOET
een
rookpluimbeheerkit
CHYHBH05+08AA + EHYKOMB33A
4P471761-1 – 2016.12
nd (mm)
75
200
150
300
600
1200
1500
300
1000
600
2000
600
worden