Na de reinigingshandelingen moet het
apparaat zorgvuldig gedroogd
worden omdat eventueel druipend
reinigingsmiddel en water de correcte
werking en het esthetische aspect
kunnen aantasten.
Oplossingen voor problemen...
De kookplaat werkt niet:
• Controleer of de kookplaat is aangesloten
en de hoofdschakelaar is ingeschakeld.
• Controleer of zich geen
stroomonderbrekingen kunnen voordoen.
• Controleer of de zekering niet is
afgesprongen. In dit geval moet de zekering
worden vervangen.
• Controleer of de aardlekschakelaar van de
huiselijke installatie niet is geschakeld. In dit
geval moet de schakelaar weer
geactiveerd worden.
De resultaten van de bereiding zijn niet
bevredigend:
• Controleer of de temperatuur van de
INSTALLATIE
Elektrische aansluiting
Zie Algemene
veiligheidswaarschuwingen.
Algemene informatie
Controleer of de kenmerken van de netvoeding
overeenstemmen met de gegevens op het
identificatieplaatje.
Het identificatieplaatje bevat de technische
gegevens, het serienummer en de merknaam
van het apparaat en is zichtbaar op het
apparaat aangebracht.
Dit plaatje mag nooit verwijderd worden.
Zorg voor de aardverbinding met een kabel die
ten minste 20 mm langer is dan de andere
kabels.
Het apparaat kan op de volgende manieren
functioneren:
220-240 V 1N~
3 x 1,5 mm ²
driepolige kabel
91477A917/A
bereiding niet te hoog of te laag is.
• Zorg voor een correcte ventilatie van de
kookplaat en houd alle ventilatieopeningen
volledig vrij.
• Gebruikt uitsluitend gecertificeerde pannen
die voor inductiekoken getest zijn.
De kookplaat produceert rook:
• Laat de kookplaat afkoelen, en reinig deze,
nadat de bereiding klaar is.
• Controleer of het voedsel niet uit het
recipiënt komt, en gebruik eventueel een
groter recipiënt.
De zekeringen of de magnetothermische
schakelaar van de huiselijke installatie springen
regelmatig:
• Neem contact op met het servicecentrum of
met een elektricien.
Scheuren of barsten in de kookplaat:
• moet het apparaat onmiddellijk
uitgeschakeld worden, moet de
stroomtoevoer uitgeschakeld worden en
moet contact met de assistentie worden
opgenomen.
De waarden verwijzen naar de
diameter van de interne geleider.
De stroomkabels hebben afmetingen
die rekening houden met de
gelijktijdigheidsfactor (conform de norm
EN 60335-2-6).
Vaste aansluiting
Breng op de lijn een meerpolige
scheidingsschakelaar aan met een
contactopening die in overeenstemming met de
installatievoorschriften, de volledige scheiding
volgens overspanningscategorie III mogelijk
maakt.
Voor de Australische/Nieuw-Zeelandse
markt:
de geïntegreerde scheiding in de vaste
aansluiting moet in overeenstemming met de
norm AS/NZS 3000 zijn.
INSTALLATIE - 77