15. Wi-Fi/Bluetooth
3
Verbind de camera met een
printer via Wi-Fi.
≥Selecteer [Via netwerk] (l 412) of
[Direct] (l 416) en maak
vervolgens verbinding.
4
Selecteer de printer die de
bestemming is.
5
Selecteer de beelden en druk ze af.
De procedure voor het selecteren van de beelden is gelijk aan de procedure
0
voor wanneer de USB-aansluitingskabel aangesloten is. (l 442)
Om de verbinding te beëindigen, drukt u op [
0
U kunt de verbinding ook beëindigen door op de Fn-knop te drukken die
0
toegekend is aan [Wi-Fi].
Raadpleeg voor informatie over de Fn-knop pagina 279.
Neem voor details over de PictBridge printer (compatibel met draadloos LAN)
0
contact op met de fabrikanten daarvan.
Als [Autom. overzetten] in [Bluetooth] op [ON] gezet is, is [Wi-Fi-functie] niet
0
beschikbaar.
406
].