Doorkiesnummer of onderadres opbellen
(functie wordt niet in alle landen en netwerken
functie wordt niet in alle landen en netwerken ondersteund
ondersteund)
Met een subadres stuurt u een SMS-bericht naar een be-
paald toestel dat samen met diverse anderen op één tele-
foonlijn aangesloten is.
1 Druk op _.
2 Bevestig SMS ZENDEN met o.
3 Voer de tekst in zoals beschreven onder SMS versturen
4 Druk op o.
NL
5 Toets het gewenste nummer in met het cijfertoetsen-
bord of kies een opgeslagen record.
6 Bevestig met o.
7 Kies met [, JA voor het activeren van het doorkie-
snummer of het alias ( TERMINAL NR. ).
8 Bevestig met o.
9 Voer het doorkiesnummer of onderadres in.
10 Bevestig met o.
11 Kies met [ JA om het bericht te versturen. Kies NEE
om het bericht nog eens te wijzigen.
12 Druk op o. Het bericht wordt verstuurd.
Opgeslagen SMS sturen
1 Druk op _.
2 Kies met [ ONTV. SMS , VERZOND. SMS of GE-
SCHR. SMS .
3 Bevestig met o.
4 Kies met [ LIJST WEERGEVEN .
5 Bevestig met o.
6 Kies met [ het SMS-bericht dat u wilt sturen.
7 Bevestig met o.
8 Kies met [ ZENDEN .
9 Bevestig met o. Het gekozen SMS-bericht wordt ver-
stuurd.
SMS ontvangen
SMS ontvangen/opslaan
Ontvangen SMS-berichte worden opgeslagen en kunnen
aansluitend worden uitgeprint. Het toestel slaat tot 30 bin-
nengekomen SMS-berichten op.
SMS lezen
Na ontvangst van een nieuw SMS-bericht knippert het
symbool _.
1 Druk op _.
2 Kies met [ ONTV. SMS .
3 Bevestig met o.
4 Kies met [ LIJST WEERGEVEN .
5 Bevestig met o.
6 Kies met [ het SMS-bericht dat u wilt lezen.
7 Druk op >. Het SMS-bericht is te zien op het display.
8 Druk op u om de automatische indicatie te stoppen.
24
9 Kies met [ een ander SMS-bericht.
SMS wijzigen
U kunt tekst toevoegen aan een SMS-bericht en het bericht
vervolgens opslaan.
1 Druk tijdens het lezen van het SMS-bericht op o.
2 Kies met [ WIJZIGEN .
3 Bevestig met o.
4 Voeg tekens toe of wis tekens.
5 Bevestig met o.
Het SMS-bericht wordt opgeslagen.
SMS doorsturen
U kunt het gelezen SMS-bericht aan andere personen
doorsturen.
1 Druk bij het betreffende SMS-bericht op o.
2 Kies met [ ZENDEN .
3 Bevestig met o.
4 Toets het gewenste nummer in met het cijfertoetsen-
bord of kies een opgeslagen record.
5 Bevestig met o.
Het SMS-bericht wordt doorgestuurd.
SMS afzender opbellen
U kunt de afzender van een SMS-bericht terugbellen.
1 Druk bij het betreffende SMS-bericht op o.
2 Kies met [ TEL. OPROEP .
3 Bevestig met o. De verbinding wordt opgebouwd.
4 Neem de hoorn van de haak wanneer op het display
HOORN OPNEMEN verschijnt.
5 Leg de hoorn op om het gesprek te beëindigen.
SMS beantwoorden
U kunt aan een binnengekomen SMS-bericht tekst toevoe-
gen en het bericht weer naar de afzender sturen.
1 Druk bij het betreffende SMS-bericht op o.
2 Kies met [ ANTWOORDEN .
3 Bevestig met o.
4 Wijzig het bericht of voeg tekst toe.
5 Bevestig met o.
6 Kies met [ JA om het SMS-bericht te sturen of NEE
om het SMS-bericht te wijzigen.
7 Bevestig met o. Het SMS-bericht wordt naar de afzen-
der teruggestuurd.
SMS schrijven
U kunt SMS-berichten schrijven en opslaan zonder ze te
versturen. Deze SMS-berichten worden als GESCHR.
SMS opgeslagen. U kunt tot vijf GESCHR. SMS opslaan.
1 Druk op _.
2 Kies met [ SMS SCHRIJVEN .
3 Bevestig met o.
Philips IPF 520 · 525 · 555