5 Functie
INFORMATIE
▪ Bij drogen wordt de lucht alleen uit de luchtuitlaat
boven
geblazen.
temperatuurinstelpunt" [ 4 8] voor de instelling.
▪ Bij vloer verwarmen wordt de lucht alleen uit de
luchtuitlaat
onder
Vloerverwarming" [ 4 10] voor de instelling. Vloer
"5.6
verwarmen kan alleen met de automatische keuze van
de luchtuitlaat worden ingesteld.
▪ Als u de instelling van automatische keuze van de
luchtuitlaat verandert naar alleen luchtuitlaat boven,
dan stopt de unit tijdelijk met verwarmen om de unit te
beschermen.
▪ Het koel-/verwarmingsvermogen ligt lager wanneer
alleen luchtuitlaat boven is ingesteld.
▪ Terwijl de keuze van de luchtuitlaat verandert, kunt u
het geluid van een bewegende luchtregelklep horen.
5.5.1
Automatische keuze luchtuitlaat of alleen
luchtuitlaat boven instellen
Voorwaarde: De standaardinstelling is automatische keuze van de
luchtuitlaat.
1 Druk op het thuisscherm minstens 2 seconden op
Gevolg: Het selectiescherm verschijnt. Het menunummer
knippert.
2 Druk op
of
om menu nummer
(2 sec.)
3 Druk op
om de instelling te openen.
Gevolg: " " knippert.
4 Druk op
of
om de instelling te veranderen. " " =
automatische keuze luchtuitlaat of " " = alleen luchtuitlaat
boven.
5 Druk op
om de geselecteerde instelling te bevestigen.
Gevolg: De instelling is veranderd.
Let op: Na 1 minuut wordt automatisch het standaardscherm
weergegeven. Druk twee keer op
standaardscherm terug te keren.
5.6
Vloerverwarming
In deze stand kan de unit grote vloeroppervlakken efficiënt
verwarmen door de luchtuitlaat boven te sluiten en het luchtdebiet te
verhogen om ook verderaf gelegen delen van de vloer te bereiken.
Gebruiksaanwijzing
10
Zie
"5.2
Bedrijfsstand
en
geblazen.
Zie
.
te selecteren.
om eerder naar het
Normale werking
INFORMATIE
▪ Vloer verwarmen kan alleen in de verwarmingsstand en
met automatische keuze van de luchtuitlaat worden
gebruikt.
▪ Bij een lage kamertemperatuur kan het gebeuren dat
de kamer niet warm genoeg wordt.
5.6.1
Vloer verwarmen starten/stoppen
Voorwaarde:
Deze
instelling
verwarmingsstand en met automatische keuze van de luchtuitlaat.
1 Druk op
.
Gevolg:
wordt weergegeven op het scherm en de unit
begint te werken.
2 Druk op
om de werking te stoppen.
Gevolg:
verdwijnt van het scherm en de werking stopt.
5.7
Powerful en Heat plus
5.7.1
Powerful-functie
Deze functie maximaliseert snel het koel-/verwarmingseffect in een
willekeurige stand. U krijgt het maximale vermogen.
INFORMATIE
▪ Powerful kan niet worden gecombineerd met Heat plus,
vloer
verwarmen,
buitenunit. De laatst geselecteerde functie heeft
voorrang.
▪ De Powerful-functie vergroot het vermogen van de unit
NIET als de unit al op maximaal vermogen draait.
5.7.2
Heat plus
Deze functie verhoogt de temperatuur van de lucht die uit de unit
komt. De temperatuur van de uitgeblazen lucht is hoger dan bij de
normale verwarming. Gebruik deze functie wanneer u het warmer wil
hebben. Deze functie werkt gedurende 30 minuten.
INFORMATIE
▪ Deze functie kan worden gebruikt bij verwarmen of
koelen.
▪ Bij een lage kamertemperatuur kan het gebeuren dat
de kamer niet warm genoeg wordt.
▪ Blijf NIET lang direct in de uitgeblazen lucht dichtbij de
luchtuitlaat staan.
▪ Na het aflopen van de HEAT PLUS functie kan de
intensiteit tijdelijk worden verlaagd, afhankelijk van de
ingestelde temperatuur voor verwarmen.
▪ Bij een multi-systeem kan de temperatuur van de
uitgeblazen lucht onvoldoende hoog zijn.
Vloerverwarming
is
alleen
mogelijk
in
Econo
en
geluidsarme
stand
CVXM20+FVXM25~50A2V1B
Split-systeemairconditioners
3P477071-2K – 2020.10
de