Wateraansluiting
Waterafvoer
– In de afvoer van de afwasautomaat
bevindt zich een terugslagklep, zo-
dat er geen vuil water via de afvoer-
slang in de automaat terug kan stro-
men.
– De afwasautomaat is voorzien van
een flexibele afvoerslang van ca.
1,5 m met een diameter van 22 mm
binnenwerks.
– De afvoerslang kan met nog een
slang en met een verbindingsstuk
worden verlengd.
De afvoerslang mag maximaal 4 me-
ter lang, de opvoerhoogte maximaal
1 meter zijn!
– Voor de aansluiting van de slang op
het afvoersysteem ter plaatse is bo-
vendien een slangklem bij de auto-
maat verpakt (zie montageschema).
– De slang kan naar rechts of links
worden verlegd.
– De aansluittuit voor de afvoerslang is
geschikt voor slangen van verschil-
lende doorsneden. Steekt de aan-
sluittuit te ver in de afvoerslang dan
moet de aansluittuit korter worden
gemaakt. Gebeurt dat niet, dan kan
de afvoerslang verstopt raken.
– De afvoerslang mag niet korter wor-
den gemaakt.
,
Zorg ervoor dat er geen knikken
in de afvoerslang komen.
58
Beluchting van de waterafvoer
Ligt de waterafvoeraansluiting op de
plaats van opstelling dieper dan de ge-
leiding voor de wieltjes van het onder-
rek in de deur, moet de waterafvoer
worden belucht. Gebeurt dat niet, dan
kan het water tijdens een programma
door de werking van de sifon uit de
spoelruimte stromen.
Hoe beluchten:
^ Open de deur van de afwasautomaat
volledig.
^ Trek de onderste sproeiarm omhoog
en haal hem eraf.
^ Snijd de dop van de beluchtingsklep
in de spoelruimte af.