Lokaal antwoordapparaat
Nadat het toestel in gebruik is genomen, is een antwoordapparaat (Aa1) ingeschakeld.
Het toestel beschikt over twee additionele antwoordapparaten als naast de aanslui-
ting op het vaste telefoonnet ook VoIP-lijnen zijn geconfigureerd en aan de antwoord-
apparaten één of meerdere inkomende lijnen zijn toegewezen.
Elk antwoordapparaat beantwoordt uitsluitend oproepen die via zijn eigen inko-
mende lijn binnenkomen en kan alleen via handsets worden bediend die aan ten
minste één van zijn inkomende lijnen is toegewezen.
Inkomende lijnen configureert u met de webconfigurator.
Antwoordapparaat in-/uitschakelen
Het antwoordapparaat beschikt over de volgende instellingen:
Bericht opnemen De beller hoort de welkomstboodschap en kan een bericht inspreken.
Welkomstb.
De beller hoort de welkomstboodschap, maar kan geen bericht inspreken.
Wisselen
De instelling verandert op basis van tijd tussen Bericht opnemen en
Welkomstb..
¤
. . . met
. . . met
Antwoordapparaat selecteren (bij meerdere antwoordapparaten)
. . . vervolgens
Inschakelen/uitschakelen:
Instelling selecteren:
Tijdsturing voor de instelling Wisselen:
Instelling opslaan:
Antwoordapparaat
Antwoordapparaat selecteren
¤
Inschakelen: . . . met
¤
Mode
. . . met
¤
. . . met
tussen Opnemen van en Opnemen tot wisselen
. . . met
uur/minuten voor begin en einde van de periode
invoeren (4 tekens). (de tijd moet ingesteld zijn).
¤
Opslaan
Lokaal antwoordapparaat
OK
Inschakelen
Aan of Uit selecteren
instelling selecteren
OK
Wijzigen
49