5
Bediening van het hoofdmenu
5.2.3 Omschakeldrempel voor zomer/winter-omschake-
ling instellen
OPMERKING: Schade aan de installatie!
▶ Wanneer vorstgevaar bestaat, niet naar
zomerbedrijf omschakelen.
De warmwaterbereiding is onafhankelijk van de zomer/winter-
omschakeling.
De zomer/winter-omschakeling is alleen ac-
tief, wanneer Verwarmen/koelen > Automa-
tisch bedrijf is ingesteld.
Menu: Zomer/winter-omschakeling
Menupunt Beschrijving
Verwar-
•
Continu zomer (= UIT): de warmtepomp
men/koe-
wordt noch voor de verwarming noch voor
len
de koeling gebruikt.
•
Automatisch bedrijf: Afhankelijk van de
buitentemperatuur wordt de het cv-bedrijf
of de koelwerking geactiveerd. Wanneer de
buitentemperatuur tussen de twee grens-
waarden ligt, is de installatie in onbelaste
toestand.
•
Continu verwarmen: De koelwerking
wordt nooit geactiveerd en de installatie is
nooit in onbelaste toestand.
•
Continu koelen: Het cv-bedrijf wordt nooit
geactiveerd en de installatie is nooit in on-
belaste toestand.
CV-bedrijf
Wanneer de gedempte buitentemperatuur
1)
af
hier ingestelde temperatuurdrempel over-
schrijdt, wordt de verwarming uitgeschakeld.
Wanneer de gedempte buitentemperatuur de
hier ingestelde temperatuurdrempel met 1 °C
onderschrijdt, wordt de verwarming ingescha-
keld. Bij installaties met meerdere cv-circuits
heeft deze instelling steeds betrekking op het
betreffende cv-circuit.
Koelwer-
Wanneer de buitentemperatuur de hier inge-
king vanaf/
stelde temperatuur overschrijdt, wordt er ge-
1)
deze
koeld.
Tabel 15 Instellingen voor de zomer/winter-omschakeling
1) Alleen beschikbaar, wanneer in het betreffende cv-circuit
de weersafhankelijke zomer/winter-omschakeling actief is.
2) Bij de gedempte buitentemperatuur zijn veranderingen van
de gemeten buitentemperatuur vertraagd en variaties ge-
reduceerd.
20
5.2.4 Instellingen voor warmwater-wisselmodus
In de warmwater-wisselmodus zijn warm water en verwarming
gelijkwaardig en wisselen ze elkaar tijdgestuurd af. Met een
warmtevraag van de verwarming wordt geen rekening gehou-
den terwijl de warmwaterbereiding actief is en omgekeerd.
Wanneer de warmwater-wisselmodus niet actief is, heeft de
warmwaterbereiding voorrang en onderbreekt deze eventueel
de warmtevraag van de verwarming.
Menu: WW-wisselmodus
Menupunt
WW-wissel-
modus aan
Warmwater-
voorrang
voor
CV-voorrang
voor
Tabel 16 Instellingen voor de warmwater-wisselmodus
5.2.5 Instelling voorrang cv-circuit 1
Met dit menupunt kan men via cv-circuit 1 de andere cv-circuits
beperken.
Wanneer Voorrang cv-circuit 1 is geactiveerd, is cv-circuit 1
het toonaangevende cv-circuit. Alleen wanneer voor cv-circuit
1 een warmtevraag bestaat, worden warmtevragen van de an-
dere cv-circuits ook bestuurd. Daarbij begrenst de voor cv-cir-
cuit 1 gevraagde aanvoertemperatuur de aanvoertemperatuur
van de andere cv-circuits.
2)
de
Een voorbeeld:
•
VC-circuit 1 vraagt om 50 °C.
•
VC-circuit 2 vraagt om 55 °C, maar ontvangt maximaal
50 °C (conform cv-circuit 1).
•
CV-circuit 3 vraagt om 45 °C en ontvangt 45 °C (geen be-
grenzing door cv-circuit 1).
Beschrijving
Bij gelijktijdige warmtevraag wordt conform
de onder Warmwatervoorrang voor en CV-
voorrang voor ingestelde tijden omgescha-
keld tussen warmwaterbereiding en cv-be-
drijf.
Duur van de warmwaterbereiding bij WW-
wisselmodus aan.
Duur van het cv-bedrijf bij WW-wisselmo-
dus aan.
HMC300 • 6 720 816 442 (2015/06)