Download Print deze pagina

Mixer Mixer-Instellingen; Kitv1 Layers (Lagen) - Yamaha DTX drums DTX502 Gebruikershandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor DTX drums DTX502:

Advertenties

01: Gebied Mixer
Mixer-instellingen
Het gebied Mixer wordt gebruikt voor het aanpassen van de volu-
mes van de verschillende drumkitvoices.
Mixer-instellingen
MIXER
>MIXER
" Kick=16 HSKtCR
q Volume
Gebruik de volumeparameters om de balans in te stellen van
de volumes van de ingangsgroep*.
 Ingangsgroepindicatoren
H: Geluidsvolumes voor hi-hat
S: Geluidsvolumes voor snare
K: Geluidsvolumes voor kick
T: Geluidsvolumes voor tom
C: Geluidsvolumes voor bekken
R: Mate waarin reverb wordt toegepast
Selecteer een ingangsgroep met de knoppen [<]/[>] en draai
vervolgens aan de draaiknop Data om het volume aan te pas-
sen. Boven elk van de indicatoren van de ingangsgroep wor-
den faders weergegeven om u een algemeen idee te geven van
de huidige volumebalans. De reverbinstelling (R) geldt voor
alle voices van de drumkit.
OPMERKING
*: Ingangsgroepen
Voices worden op basis van hun voicecategorie ingedeeld in
ingangsgroepen. Als u bijvoorbeeld de T-instelling (geluidsvo-
lumes voor tom) wijzigt, wordt het volume van alle geluiden uit
de voicecategorie Tom (T) overeenkomstig gewijzigd.
Instellingen
0 tot 16
q
ÏÏÏÏÏÈ
Parameters instellen met Menu Mode
02: Gebied KitVoice
Instellingen die betrekking hebben op
afzonderlijke voices
Het gebied KitVoice wordt gebruikt voor het instellen van drum-
voices voor afzonderlijke triggersignaalbronnen.
Layers (Lagen)
KitV1
>KitV1
snareHd
"Layer=stack
q Triggersignaalbron
Dit item geeft aan welke triggersignaalbron momenteel is
geselecteerd voor bewerken. U kunt triggersignaalbronnen
selecteren door op de desbetreffende pad of zone te tikken.
Deze selectie geldt voor zowel Laag A als Laag B. (Trigger-
signaalbronnen worden niet afzonderlijk voor elke laag weer-
gegeven.)
OPMERKING
U kunt triggersignaalbronnen ook selecteren door de knop
[SHIFT] ingedrukt te houden en op de knoppen [<]/[>] te druk-
ken.
snareHd, snareOp, snareCl, snrOfHd,
snrOfOp, snrOfCl, tom1Hd, tom2Hd, tom3Hd,
rideBw, rideEg, rideCp, crashBw, crashEg,
crashCp, kick, pad8, hhOpBw, hhOpEg,
hhOpCp, hhClBw, hhClEg, hhClCp, hhFtCl,
Instellingen
hhSplsh, pad10, pad11, pad12 en kick2
Raadpleeg pagina 29 voor meer informatie
over de relatie tussen triggeringangsaanslui-
tingen en triggersignaalbronnen.
Geavanceerde technieken
q
w
DTX502 Gebruikershandleiding
57

Advertenties

loading