3.3.4 Condensafvoersysteem
Alle i-32V5 units zijn zodanig gerealiseerd dat de basis van de unit als condensopvangbak functioneert; deze wordt standaard geleverd met een
kunststof koppeling die onder de basis moet worden aangesloten in de daarvoor bedoelde aanleg waarop een leiding kan worden aangesloten
om de condens af te voeren.
Elke unit heeft daarom, op de basis van de hydronische module (aan de accuzijde), een opening voor de afvoer van deze eventuele condens die
kan lekken uit de leidingen van het hydraulische systeem. Omdat deze leidingen goed geïsoleerd zijn, is de productie van condens echter mini-
maal en het is daarom niet verplicht om een afvoerleiding op deze koppeling aan te sluiten.
IN ZEER KOUDE KLIMATEN WORDT GEADVISEERD DE INSTALLATIE OP VERHOGINGEN UIT TE VOEREN OM TE VERMIJDEN DAT DE UNIT BE-
SCHADIGD RAAKT IN GEVAL VAN IJSVORMING
3.3.5 Systeem vullen
LET OP: houd toezicht op alle vul-/bijvulhandelingen.
LET OP: schakel alvorens over te gaan tot het vullen/bijvullen van het systeem, de stroomtoevoer naar de units uit.
LET OP: het vullen/bijvullen van het systeem moet altijd plaatsvinden onder omstandigheden van gecontroleerde druk (max.
1 bar). Zorg ervoor dat er een drukregelaar en een veiligheidsklep op de vul-/bijvulleiding is geïnstalleerd.
LET OP: het water op de vul-/bijvulleiding moet adequaat zijn voorgefilterd van eventuele onzuiverheden en zwevende deel-
tjes. Zorg ervoor dat er een uitneembaar patroonfilter en een vuilafscheider zijn geïnstalleerd.
LET OP: controleer regelmatig of zich lucht in het systeem heeft opgehoopt en ontlucht het systeem zo nodig.
LET OP: breng een automatische ontluchtingsklep aan op het hoogste punt van het systeem.
Als het nodig is het systeem bij te vullen of het glycolgehalte aan te passen, kan de ser-
vicekraan worden gebruikt. Schroef de dop van de servicekraan (A) los en sluit een 14 of
12 mm leiding aan op de slangaansluiting (binnendiameter - controleer het op uw toestel
geïnstalleerde kraanmodel) die is aangesloten op de waterleiding; vul vervolgens het sys-
teem door de ringmoer (B) los te draaien. Na deze handeling draait u de ringmoer (B) weer
vast en schroeft u het deksel (A) vast. In ieder geval is het raadzaam een externe kraan te
gebruiken om het systeem te vullen, die door de installateur moet worden voorbereid.
3.3.6 Systeemafvoer
Indien de unit volledig moet worden geleegd, dient u eerst de handbediende in- en uitlaatschuifkleppen (niet meegeleverd) te sluiten en vervol-
gens de leidingen die extern zijn aangelegd op de wateringang en -uitgang los te koppelen zodat de vloeistof in de unit eruit kan stromen (om de
operatie te vergemakkelijken, is het raadzaam om aan de buitenkant op de wateringang en -uitgang twee aftapkranen te installeren tussen de
unit en de handbediende schuifkleppen).
Hole in bottom panel of
outdoor unit
i-32V5
Omkeerbare lucht/water warmtepompen met axiale ventilatoren
Gasket
Drain tting
Gasket
A
B
17