Voordat u een aangepaste witbalans instelt, kunt u
het beste de opnamemodus
belichtingscompensatie op [±0] instellen.
De witbalans kan mogelijk niet goed worden
ingesteld wanneer de belichtingsinstelling onjuist is
(het beeld is volledig zwart of wit).
Maak de opnamen met dezelfde instellingen die u
hebt gebruikt bij het aanpassen van de witbalans.
Als de instellingen verschillen, gebruikt u mogelijk
niet de optimale witbalans.
Vooral de volgende instellingen moeten niet worden
gewijzigd.
- ISO-waarde
- Flitser
Het is raadzaam de flitser in te stellen op Aan of
Uit. Als u de flitser gebruikt tijdens het bepalen
van de witbalans en deze op
(automatische rode-ogenreductie) is
ingesteld, moet u de flitser ook gebruiken
wanneer u de opname maakt.
Aangezien de witbalans niet kan worden bepaald bij
de methode Stitch Hulp, moet u de witbalans van
tevoren in een andere modus instellen.
De aangepaste witbalansinstelling blijft in de camera
bewaard, zelfs als u de standaardinstellingen van de
camera herstelt
(p.
31).
kiezen en de
(automatisch) of
55