Initialiseren
7
Zorg ervoor dat [Uitvoeren] is
geselecteerd en druk vervolgens op de
knop <ENTER>.
Er verschijnt een bericht dat aangeeft dat het
systeem opnieuw wordt opgestart wanneer u
doorgaat. Selecteer [Ja] om door te gaan.
Een bepaalde partitie formatteren
U kunt een van de 3 partities (twee "Common"-
partities en één "PCL"-partitie) van de SD-
geheugenkaart formatteren.
Opmerking
● Wanneer u een partitie initialiseert, worden de volgende
gegevens verwijderd.
- Common: Taakgegevens en voorbeeldgegevens
die zijn opgeslagen voor [Beveiligde afdruk],
[Veilig versleuteld printen] of [Opslaan op SD-
kaart].
- PCL: Gegevens voor formulieren in de PCL-
geheugenruimte
1
Druk op de knop <ENTER>.
2
6
Druk op
om [Beheerdersinst.] te
selecteren en druk vervolgens op de
knop <ENTER>.
3
Voer het beheerderswachtwoord in met
behulp van het toetsenblok met tien
toetsen.
Het standaardwachtwoord is "aaaaaa".
4
Druk op de knop <ENTER>.
5
Druk op
om [SD-kaart inst.] te
selecteren en druk vervolgens op de
knop <ENTER>.
6
om [Partitie formatteren]
Druk op
te selecteren en druk vervolgens op de
knop <ENTER>.
7
Druk op
om de partitie te selecteren
die u wilt initialiseren, en druk
vervolgens op de knop <ENTER>.
Er verschijnt een bericht dat aangeeft dat het
systeem opnieuw wordt opgestart wanneer u
doorgaat. Selecteer [Ja] om door te gaan.
Flashgeheugen initialiseren
In flashgeheugen worden gegevens zoals
gegevens voor formulieren enz. opgeslagen.
Voer de volgende stappen uit om dit te
initialiseren.
Opmerking
● Wanneer u flashgeheugen initialiseert, worden de
volgende gegevens verwijderd.
- Aangepaste voorbeeldgegevens
- Gegevens voor formulieren
1
Druk op de knop <ENTER>.
2
Druk op
selecteren en druk vervolgens op de
knop <ENTER>.
3
Voer het beheerderswachtwoord in met
behulp van het toetsenblok met tien
toetsen.
Het standaardwachtwoord is "aaaaaa".
4
Druk op de knop <ENTER>.
5
Druk op
selecteren en druk vervolgens op de
knop <ENTER>.
6
Zorg ervoor dat [Initialiseren] is
geselecteerd en druk vervolgens op de
knop <ENTER>.
7
Zorg ervoor dat [Uitvoeren] is
geselecteerd en druk vervolgens op de
knop <ENTER>.
Er verschijnt een bericht dat aangeeft dat het
systeem opnieuw wordt opgestart wanneer u
doorgaat. Selecteer [Ja] om door te gaan.
- 130 -
om [Beheerdersinst.] te
om [Flashgeheugen] te