I
4.1
Inbedrijfstelling
4
nbedrijstelling en buiten bedrijfstelling
1. De boiler vullen:
• Drinkwater-warmtewisselaar vullen.
• Bufferboilervolume via de vul- en aftapkraan op de EKSRPS3 vullen tot er water bij de veiligheidsoverloop naar buiten
• Draai de vul- en aftapkraan dicht.
2. De zonne-energieregeling inschakelen (initialiseringsfase begint).
3. Na beëindiging van de initialiseringsfase (temperatuuraanduiding) de installatie ontluchten door tegelijk op beide pijltoetsen
(handmatige modus starten) te drukken.
4. Visuele controle op lekkage van alle verbindingsplaatsen in huis evenals op het dak uitvoeren. Eventuele lekkage op
deskundige wijze laten verhelpen.
5. De zonne-energieregeling uitschakelen.
6. Vulpeil in de boiler controleren.
7. De vultijd instellen:
• De zonne-energieregeling opnieuw inschakelen (initialiseringsfase begint).
• Na beëindiging van de initialiseringsfase (temperatuuraanduiding) de handmatige modus starten door tegelijk op beide
• Tijd stoppen, waarbinnen de installatie volledig wordt gevuld. Dit kan worden herkend aan het gegeven dat er geen
• De bepaalde tijd inclusief 20 s bij de parameter "Tijd P2" instellen (zie hoofdstuk 5.3.5).
8. De zonne-energieregeling in de automatische modus schakelen door tegelijk op beide pijltoetsen of nogmaals op "uit-,
inschakelen" te drukken. De installatie is nu bedrijfsklaar.
9. De gebruiker wegwijs maken.
EKSRPS3
Regelings- en pompunit voor zonne-energie-installaties
4PW56023-1
stroomt.
Beide pompen draaien nu op vol vermogen en de installatie wordt aan de maximaal mogelijke bedrijfsdruk onderworpen.
De installatie wordt gevuld, de lucht ontsnapt via de aanvoerleiding in de luchtruimte van het voorraadreservoir.
Binnen enkele minuten moet de niveau-indicator in de boiler weer vrijwel in de buurt van het vulpeil komen, dat
een klein beetje onder het voorniveau ligt. Oorzaak is het achterblijven van een geringe hoeveelheid water in de
onderste verzamelbuizen van de collectoren. Deze hoeveelheid water is ook bij vorst ongevaarlijk voor de col-
lector, aangezien voldoende uitzettingsvolume beschikbaar is.
pijltoetsen te drukken.
luchtgeluiden meer hoorbaar zijn en een stabiele waarde voor de doorstroming wordt weergegeven (meetplaats
"Doorstroming" via de pijltoetsen aansturen).
4
x
Inbedrijstelling en buiten bedrijfstelling
Bedienings- en installatiehandleiding
15