Aanhangsel
Verhelpen van storingen
Storing
• Geen stroom.
• Het apparaat werkt niet juist.
• De afstandsbediening werkt niet.
• Het beeld is afgesneden.
• Vreemde kleuren, erg lichte of
donkere kleuren, of de kleuren zijn
vervormd.
• De stroom wordt plotseling
uitgeschakeld.
• Geen beeld.
• Geen geluid.
Belangrijke informatie betreffende het gebruik in warme en koude ruimten
• Wanneer het apparaat in een koude ruimte wordt gebruikt (bijv. in een kantoor met lage temperatuur), kunnen er
nabeelden zijn of kan het beeld enigszins vertraagd zijn. Dit verschijnsel duidt niet op een storing. Het apparaat
zal weer normaal werken wanneer de temperatuur hoger wordt.
• Laat het apparaat niet langdurig in een erg warme of koude ruimte. Let er ook op dat het apparaat niet staat
blootgesteld aan direct zonlicht of de hitte van een kachel, verwarmingsradiator e.d., want dit kan resulteren in
vervorming van de behuizing en een foutieve werking van het LCD paneel.
Opslagtemperatuur: -20°C tot +60°C.
• Controleer of B op de afstandsbediening is ingedrukt. (Zie blz. 14.)
Druk op B als de indicator van het beeldscherm rood oplicht.
• Is het netsnoer aangesloten? (Zie blz. 6.)
• Is de netschakelaar ingedrukt? (Zie blz. 14.)
• Het is mogelijk dat invloeden van buitenaf zoals bliksem, statische elektriciteit
enz. een foutieve werking hebben veroorzaakt. Schakel het apparaat uit en trek
de stekker van het netsnoer ongeveer 1 tot 2 minuten uit het stopcontact.
• Zijn de batterijen met de polariteit (e, f) in de juiste richting in het batterijvak
geplaatst? (Zie blz. 8.)
• Zijn de batterijen leeg? (Vervang de batterijen door nieuwe.)
• Gebruikt u de afstandsbediening bij erg sterke verlichting of bij het licht van een
tl-lamp?
• Valt het licht van een tl-lamp op de afstandsbedieningssensor?
• Is de beeldpositie correct ingesteld? (Zie blz. 37.)
• Zijn de instellingen voor het beeldformaat e.d. juist gemaakt? (Zie blz. 40–42.)
• Stel de kleurtint af. (Zie blz. 26 en 28.)
• Is de kamer erg helder verlicht? Het beeld ziet er wellicht te donker uit wanneer
de kamer helder verlicht is.
• Controleer de kleursysteem-instelling. (Zie blz. 22 en 39.)
• Controleer de ingangssignaal-instelling. (Zie blz. 38.)
• De temperatuur in het inwendige van het apparaat is erg hoog. Verwijder
eventuele voorwerpen die de ventilatieopeningen afsluiten of reinig de openingen.
• Controleer de stroomregeling-instelling. (Zie blz. 30.)
• Is de Sleep Timer ingesteld? (Zie blz. 45.)
• Zijn alle componenten correct aangesloten? (Zie blz. 31–35.)
• Zijn de ingangssignaal-instellingen correct uitgevoerd nadat de aansluitingen
zijn gemaakt? (Zie blz. 38.)
• Is de juiste ingangsfunctie gekozen? (Zie blz. 38.)
• Wordt er een niet-compatibel signaal ontvangen? (Zie blz. 52.)
• Zijn de beeldinstellingen juist uitgevoerd? (Zie blz. 26–28.)
• Is de antenne juist aangesloten? (Zie blz. 9.)
• Is "Aan" geselecteerd in "Alleen audio"? (Zie blz. 37.)
• Staat het volume erg laag ingesteld? (Zie blz. 16.)
• Is "Audio-uitgang (Variabel)" geselecteerd bij "Ingang 4"? (Zie blz. 45.)
• Is de luidspreker juist aangesloten?
• Is "Aan" geselecteerd in "Centerkanaalingang"? (Zie blz. 47.)
• Zorg dat de hoofdtelefoon niet aangesloten is. (Zie blz. 11.)
Mogelijke oplossing
51