Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Een Gesimuleerde Locatie Instellen; Instellingen Voor Draadloos Netwerk; Instellingen Hulpsysteem Voor De Bestuurder; Instellingen Voor De Achteruitrijcamera - Garmin DRIVELUXE 51 Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Een gesimuleerde locatie instellen

Als u zich binnenshuis bevindt en het toestel ontvangt geen
satellietsignalen, kunt u de GPS-simulator gebruiken om routes
te plannen vanaf een gesimuleerde locatie.
1
Selecteer Instellingen > Navigatie > GPS Simulator.
2
Selecteer Bekijk kaart in het hoofdmenu.
3
Tik twee keer op de kaart om een gebied te selecteren.
Het adres van de locatie wordt onder in het scherm
weergegeven.
4
Selecteer de beschrijving voor de locatie.
5
Selecteer Stel locatie in.

Instellingen voor draadloos netwerk

Met de instelling voor draadloos netwerk kunt u Wi‑Fi
netwerken, gekoppelde Bluetooth toestellen en Bluetooth
functies beheren.
Selecteer Instellingen > Draadloze netwerken.
Bluetooth: Hiermee schakelt u Bluetooth draadloze technologie
in.
Naam gekoppeld toestel: De namen van gekoppelde Bluetooth
toestellen worden in het menu weergegeven. U kunt een
toestelnaam selecteren om de instellingen van Bluetooth
functies voor dat toestel te wijzigen.
Zoek toestellen: Hiermee zoekt u naar nabije Bluetooth
toestellen.
Toestelnaam: Hiermee kunt u een toestelnaam invoeren ter
identificatie van uw toestel op andere toestellen met
draadloze Bluetooth technologie.
Wi-Fi: Hiermee schakelt u de Wi‑Fi radio in.
Opgeslagen netwerken: Hiermee kunt u opgeslagen
netwerken bewerken of verwijderen.
Zoek naar netwerken: Hiermee kunt u Wi‑Fi netwerken zoeken
in de omgeving
(Verbinding maken met een Wi
pagina
23).

Instellingen hulpsysteem voor de bestuurder

Selecteer Instellingen > Hulp voor de bestuurder.
Hoorbare waarschuwingen voor bestuurder: Hiermee
schakelt u hoorbare waarschuwingen in voor elk type
waarschuwing voor de bestuurder
waarschuwen van de bestuurder, pagina
Vermoeidheidswaarschuwing: Waarschuwt u wanneer u
lange tijd zonder pauze hebt gereden.
Ongevalmelding: Hier kunt u een contactpersoon instellen die
moet worden gewaarschuwd als het toestel een mogelijk
ongeval met een voertuig detecteert
meldingen, pagina
3).
Gevarenzonealarm: Waarschuwt u als u eigen nuttige punten
of roodlichtcamera's nadert.
OPMERKING: Gevarenzonealarmen worden alleen
weergegeven wanneer u eigen nuttige punten (POI's) hebt
geladen. Deze functie is niet in alle regio's beschikbaar.

Instellingen voor de achteruitrijcamera

Met de instellingen voor achteruitrijcamera's kunt u gekoppelde
Garmin camera's en camera-instellingen beheren. Dit menu
verschijnt alleen op uw navigatietoestel als het toestel is
verbonden met de ontvangerkabel van een draadloze camera.
Zie de gebruikershandleiding van uw achteruitrijcamera voor
meer informatie over het koppelen van camera's en camera-
instellingen. Ga naar
garmin.com/backupcamera
Garmin achteruitrijcamera wilt aanschaffen.
Selecteer Instellingen > Achteruitrijcamera en selecteer een
gekoppelde camera.
Garmin DriveLuxe instellingen
®
‑ Fi netwerk,
(Functies voor het
2).
(Ongevaldetectie en -
als u een
Koppeling verwijderen: Verwijdert de gekoppelde camera. U
moet de camera opnieuw koppelen voordat u de beelden
ervan opnieuw kunt weergeven met dit toestel en deze kabel.
Wijzig naam: Hiermee kunt u de naam van de gekoppelde
camera wijzigen.
Begeleidingslijnen: Hiermee kunt u begeleidingslijnen
weergeven of verbergen, en de positie ervan wijzigen.

babyCam instellingen

Met de babyCam instellingen kunt u gekoppelde Garmin
babyCam
camera's en camera-instellingen beheren. Dit menu
verschijnt alleen op uw navigatietoestel als het toestel is
verbonden met de ontvangerkabel van een draadloze camera.
Zie de gebruikershandleiding van uw camera voor meer
informatie over het koppelen van camera's en camera-
instellingen. Ga naar
garmin.com/babycam
babyCam camera wilt aanschaffen.
Selecteer Instellingen > babyCam en selecteer een
gekoppelde camera.
Energie-instellingen: Hiermee kunt u instellen hoe lang de
video op het scherm verschijnt.
Kantel video: Hiermee kunt u de video kantelen of spiegelen.
Uitlijning: Geeft het babyCam videobeeld weer zodat u de
camera kunt uitlijnen.
Herinnering achterbank controleren: Schakelt een
herinnering in om te controleren of er passagiers op de
achterbank zitten voordat u het voertuig verlaat.
Koppeling verwijderen: Verwijdert de gekoppelde camera.
Wijzig naam: Hiermee kunt u de naam van de gekoppelde
camera wijzigen.

Scherminstellingen

Selecteer Instellingen > Scherm.
Kleurmodus: Hiermee stelt u de dag- of nachtkleurmodus in.
Als u de optie Auto selecteert, schakelt het toestel
automatisch over naar dag- of nachtkleuren op basis van de
tijd van de dag.
Helderheid: Hiermee stelt u de helderheid van het scherm in.
Time-out voor scherm: Hiermee stelt u de periode in waarna
het toestel in de slaapstand gaat wanneer u batterijvoeding
gebruikt.
Schermafdruk: Hiermee maakt u een opname van het
toestelscherm. Schermafbeeldingen worden op het toestel in
de map Schermafdruk opgeslagen.

Verkeersinstellingen

Selecteer in het hoofdmenu Instellingen > Verkeersinfo.
Verkeersinfo: Hiermee wordt verkeersinformatie ingeschakeld.
Huidige aanbieder: Hiermee wordt de verkeersinfoprovider
ingesteld voor verkeersinformatie. Met de optie Auto
selecteert u automatisch de beste beschikbare
verkeersinformatie.
Abonnementen: Hiermee worden de huidige
verkeersabonnementen vermeld.
Optimaliseer route: Hiermee kan het toestel automatisch of op
verzoek gebruikmaken van geoptimaliseerde alternatieve
routes
(Files op uw route vermijden, pagina
Verkeerswaarschuwingen: Hiermee stelt u de ernst van de
vertraging in waarbij het toestel een verkeerswaarschuwing
weergeeft.

Instellingen voor eenheden en tijd

Als u de pagina met instellingen voor eenheden en tijd wilt
openen, selecteert u vanuit het hoofdmenu Instellingen >
Eenheden en tijd.
als u een Garmin
6).
21

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave