7. Installatie binnentoestel
Installatie-instructies - Binnentoestel
ALVORENS TE INSTALLEREN
Raadpleeg vóórdat u tot installeren overgaat het label
op de verpakking om zeker te zijn dat het modelnummer
op het binnentoestel overeenkomt met dat van het
buitentoestel.
Stap 1: Kies de plek van installatie uit
Voordat u tot installeren overgaat, dient u een geschikte
plek uit te kiezen. Onderstaande maatstaven helpen u
een geschikte plek voor het toestel kiezen.
Geschikte installatieplekken voldoen aan de volgende
maatstaven:
5 Goede luchtcirculatie
5 Geschikte waterafvoer
5 Het geluid dat het toestel produceert hindert andere
personen niet.
5 Een stevige ondergrond die niet meetrilt.
5 Sterk genoeg om het gewicht van het toestel te dragen.
5 Ten minste een meter verwijderd van andere elektrische
apparaten, zoals TV, radio, computer.
Installeer het toestel NIET op de volgende plekken:
Nabij een bron van hitte, stoom of brandbaar gas.
Nabij brandbare zaken als gordijnen en kleding.
Nabij een obstakel dat de luchtcirculatie kan hinderen.
Bij de deur.
Op een plek die direct door zonlicht wordt beschenen.
OPMERKING OVER HET GAT IN DE MUUR
Indien niet reeds een koelleiding aanwezig is:
Houd bij het kiezen van de installatieplek rekening met
voldoende ruimte voor een gat in de muur (zie de stap
Boor een gat in de muur voor de verbindingsleidingen)
waardoorheen de signaalkabel en de koelleiding lopen die
binnen- en buitentoestel verbinden. De standaard positie
voor verbindingen is de rechterzijde van het binnentoestel
(vooraanzicht). Het is evenwel mogelijk zowel links als
rechts leidingen aan te koppelen.
Zie onderstaan schema voor de juiste afstand tot
muren en plafond:
Stap 2: Bevestig montageplaat aan de muur
De montageplaat dient om het toestel aan de muur
te hangen.
•
Haal de montage van de achterkant van het
binnentoestel.
15 cm (5,9 inch) of meer
12 cm (4,75
inch) of meer
2,3 m (90,55 inch) of meer
•
Bevestig de montageplaat aan de muur met behulp
van de meegeleverde schroeven. Verzeker u ervan
dat de montageplaat plat tegen de muur zit.
OPMERKING
BAKSTENEN MUREN
Is de muur gemaakt van baksteen, beton of een
gelijksoortig materiaal, boor dan gaten van 5mm (0,2in)
in de muur en plaats de meegeleverde muurankers.
Bevestig vervolgens de montageplaat door de schroeven
direct in de ankers te draaien.
Stap 3: Boor een gat in de muur voor de
verbindingsleidingen
1.
De plek voor het gat in de muur is afhankelijk van waar de
montageplaat is geplaatst. Raadpleeg de afmetingen van
de montageplaat.
2.
Boor een gat in de muur met een kernboor van 65mm (2,5
inch) of 90mm (3,54 inch) (afhankelijk van het model). Boor
het gat onder een licht neerwaartse hoek, zodat de opening
aan de buitenzijde ongeveer 5 tot 7mm (0,2 - 0,275in)
lager is dan aan de binnenzijde. Dit zorgt voor een goede
waterafvoer.
3.
Plaats de beschermende muurmanchet in het gat. Het
beschermt de randen van het gat en is van nut bij het
afwerken van het installatieproces.
LET OP
Zorg ervoor dat u bij het boren van het gat in de muur
kabels, leidingen en andere kwetsbare elementen omzeilt.
12 cm (4,75
inch) of meer
OVER
BETONNEN
Muur
Binnen
EN
Buiten
Pag. 19