Wanneer het filmen wordt beëindigd bij elke positie van het
programmakeuzewiel, behalve bij
ingesteld die aanwezig waren voordat het filmen begon. De automatische
belichtingsvergrendeling AE lock
echter uitgeschakeld.
U hebt QuickTime nodig om films (gegevenstype: AVI/compressiemethode:
Motion JPEG) op een computer af te spelen (alleen Windows 2000).
Het aantal opnamepixels en de
opnamesnelheid voor een film wijzigen
U kunt het aantal opnamepixels en de opnamesnelheid voor
het filmen in elke opnamemodus wijzigen.
1
Knop FUNC.
(Opnamepixels/Aantal beelden).
Raadpleeg Menu's en instellingen
* Standaardinstelling.
Gebruik de knop
opnamepixels en de opnamesnelheid te
selecteren en druk op de knop FUNC.
Opnamepixels/Framerate
De opnamesnelheid (framerate) geeft het aantal beelden aan dat
per seconde wordt opgenomen of weergegeven. Hoe groter de
opnamesnelheid, hoe vloeiender de beelden in elkaar lijken over te lopen.
Opnamepixels
640 × 480 pixels
640 × 480 pixels
320 × 240 pixels
320 × 240 pixels
, worden voor foto's weer de waarden
(p. 84)
en de belichtingsschuifbalk worden
*
/
/
/
(p.
26).
of
om het aantal
Opnamesnelheden
30 beelden/sec.
30 beelden/sec., LP (Long Play)
60 beelden/sec.
30 beelden/sec.
Resterende tijd
53