De batterij
Voorzorgsmaatregelen voor gebruik
Houd er rekening mee dat de batterij na gebruik heet kan zijn.
Gebruik de batterij niet als de omgevingstemperatuur lager is dan 0°C of hoger dan 40°C,
aangezien dit beschadiging of een functiestoring tot gevolg kan hebben.
Wanneer u afwijkingen, zoals overmatige hitte, rook of een ongebruikelijke geur vanaf de batterij
opmerkt, stop dan onmiddellijk met het gebruik van de batterij en neem contact op met uw
leverancier of met een door Nikon geautoriseerde servicevertegenwoordiger.
Nadat u de batterij uit de camera of optionele batterijlader verwijdert heeft, dient u de batterij ter
bescherming in een plastic tas etc. te doen.
De batterij opladen
Controleer het batterijniveau voordat u de camera gaat gebruiken en laad de batterij zo nodig op.
Laad de batterij binnen op bij een omgevingstemperatuur tussen 5°C en 35°C voordat u het
apparaat gaat gebruiken.
Een hoge temperatuur van de batterij kan ertoe leiden dat de batterij niet goed of niet helemaal
wordt opgeladen en de prestaties ervan negatief worden beïnvloed. Houd er rekening mee dat
de batterij na gebruik heet kan zijn; wacht tot de batterij afgekoeld is voordat deze opgeladen
wordt.
Wanneer de batterij die in deze camera is geplaatst wordt geladen met behulp van de
lichtnetlaadadapter of een computer, wordt de batterij niet geladen bij batterijtemperaturen
lager dan 0°C of hoger dan50°C.
Verwijder de batterij uit de lader zodra ze volledig is opgeladen. Doet u dat niet, dan is dat
nadelig voor de prestaties van de batterij.
De temperatuur van de accu kan tijdens het opladen toenemen. Dit is echter geen
functiestoring.
Reservebatterijen bij de hand houden
Neem waar mogelijk volledig geladen reservebatterijen mee wanneer u foto's wilt maken van
belangrijke gebeurtenissen.
Gebruik van de batterij bij koud weer
Bij koud weer neemt de batterijcapaciteit gewoonlijk af. Als een lege batterij bij lage temperatuur wordt
gebruikt, schakelt de camera niet in. Houd reservebatterijen bij de hand op een warme plek en verwissel
ze zo nodig. Een koude batterij die weer op temperatuur is gekomen, kan soms een deel van de lading
terugkrijgen.
Aansluitingen van de batterij
Vuil op de aansluitingen van de batterij kan voorkomen dat de camera werkt. Als de aansluitingen
van de batterij vuil zijn, veeg deze dan voor gebruik met een schone droge doek schoon.
Technische opmerkingen
35