8.2 Scanmodus
Met de scanmodus kan automatisch worden gezocht naar kanalen waarop op dat moment wordt
uitgezonden.
De scanmodus zoekt in de beschikbare kanalen en stopt wanneer hij een kanaal vindt waarop op dat
moment wordt uitgezonden. Als de uitzending stopt of meer dan 5 seconden wordt onderbroken,
dan wordt het scannen hervat.
Kanalen kunnen tijdelijk worden verwijderd uit een actieve scan en de richting van de scan kan
eveneens worden veranderd. Wanneer de scan het laatste kanaal van de band bereikt, wordt de
scancyclus herhaald.
De volgende scanopties zijn beschikbaar:
• All Channels (Alle kanalen) — alle kanalen in de frequentieband waarop de marifoon is ingesteld
worden op volgorde gescand.
• All Channels + 16 (Alle kanalen +16) — alle kanalen in de frequentieband waarop de marifoon
is ingesteld worden gescand, waarbij iedere keer na het scannen van een kanaal, kanaal 16
wordt gescand.
• Saved Channels (Opgeslagen kanalen) — alleen de kanalen die zijn opgeslagen in het geheugen
van de marifoon worden op volgorde gescand.
• Saved Channels + 16 (Opgeslagen kanalen +16) — alleen de kanalen die zijn opgeslagen in het
geheugen van de marifoon worden op volgorde gescand, waarbij iedere keer na het scannen van
een kanaal, kanaal 16 wordt gescand.
Opmerking:
Als de weerwaarschuwingsfunctie is geactiveerd, wordt het weerwaarschuwingskanaal
opgenomen in de scan.
Scan-modus instellen
De scanmodus wordt gestart vanuit het hoofdmenu.
Ga naar het menu Scan-modus: Menu > Scan Mode (Scan-modus).
1. Selecteer de betreffende Scanmodus.
De marifoon is nu in scanmodus.
2. Selecteer Edit Saved Channels (Opgeslagen kanalen bewerken) om de kanalen te selecteren
die worden gescand bij het uitvoeren van een scan van de opgeslagen kanalen.
3. Druk wanneer u in scanmodus bent op de knop Back (Terug) om de scanmodus af te sluiten en
terug te keren naar normaal gebruik.
VHF-gebruik
125