Aan de slag
3
Plaats de SIM- of USIM-kaart in de lade met de goudkleurige contacten naar beneden gericht en druk de
SIM- of USIM-kaart voorzichtig in de lade om deze vast te zetten.
4
Schuif de lade terug in de sleuf van de lade.
Gebruik alleen een nano-SIM-kaart.
•
Zorg ervoor dat u de SIM- of USIM-kaart niet kwijtraakt en dat anderen deze niet gebruiken.
•
Samsung is niet verantwoordelijk voor schade of ongemak veroorzaakt door zoekgeraakte of
gestolen kaarten.
De pin voor uitwerpen moet loodrecht op het gaatje staan. Anders kunt u het apparaat
•
beschadigen.
Als de kaart niet stevig in de lade zit, kan de SIM-kaart uit de lade vallen.
•
Als u de lade in uw apparaat plaatst terwijl de lade nat is, kan uw apparaat beschadigd raken. Zorg
•
altijd dat de lade droog is.
Plaats de lade zo ver mogelijk in de ladesleuf om te voorkomen dat er vocht in uw apparaat
•
terechtkomt.
SIM-beheer
Start de app Instellingen en tik op Verbindingen → SIM-beheer.
SIM-kaarten: activeer de SIM-kaart die u wilt gebruiken en pas de SIM-kaartinstellingen aan.
•
Voorkeurs-SIM's: selecteer deze optie om specifieke SIM-kaarten te gebruiken voor bepaalde functies,
•
zoals spraakoproepen, wanneer twee kaarten zijn ingeschakeld.
Gegevenswisseling: instellen dat het apparaat een andere SIM-kaart gebruikt voor dataservices als de
•
gewenste SIM-kaart geen verbinding kan maken met het netwerk.
Er kunnen extra kosten in rekening worden gebracht wanneer u deze functie gebruikt.
Meer SIM-instellingen: pas de oproepinstellingen aan.
•
11