BEDIENING
Een opdracht en een meetmonster maken
De onderkant van de meetpoort moet plat tegen het monsteroppervlak liggen. Alleen dan kan het apparaat
nauwkeurige en herhaalbare metingen uitvoeren. Door iedere beweging van het apparaat kunnen de meethoeken
veranderen, wat van grote invloed is op de metingen op metallic en parelmoeren lakafwerkingen. De druksensors
zorgen voor de integriteit van de meetgegevens.
Tips voor het meten
•
Metingen die op een gebogen oppervlak worden uitgevoerd, kunnen voor meetfouten zorgen, met name in
de buurt van de spiegelhoeken (±15° en 25°) De metingen moeten, indien mogelijk, altijd op het platste
deel van het monster worden uitgevoerd.
Houd het apparaat tijdens een meting stevig aan de voor- en bovenkant vast.
•
1. Selecteer in het hoofdscherm een job die van de Open-lijst is gedownload of tik op het pictogram voor een
nieuwe opdracht
doelmodus.
Belangrijk: Let er bij het plaatsen van een monster op dat de meetpoort niet onder in het apparaat wordt
gecentreerd.
2. Plaats de meetpoort (1) onder in het apparaat over het eerste meetgebied terwijl u naar het scherm (2) kijkt.
3. Beweeg het apparaat voorzichtig heen en weer tot alle drie de plaatsingsindicators (3) in het scherm groen
zijn. Dit geeft aan dat alle drie de druksensors (4) zijn geactiveerd.
OPMERKING: De doelmodus wordt automatisch afgesloten als er niet binnen 30 seconden een meting
wordt uitgevoerd.
(3)
(2)
(3)
boven in het scherm om een nieuwe opdracht te starten. Het apparaat opent de
(3)
B A S F S P E C T R O F O T O M E T E R 1 2 / 6
(4)
(1)
(4)
(4)
23