Pagina 1
Montage- en bedieningshandleiding AirSave BPW-EA-AS 37892002nl...
Pagina 2
Pagina 2 BPW-EA-AS 37892002nl Stand: 01/07/2020 2e editie Wij zigingen voorbehouden. De meest recente versie, en aanvullend informatiemateriaal, vindt u op onze website op www.bpw.de...
Montage naafdop en rotor Pagina 15 Montage ventielslangen Pagina 16 Montage AirSave controlebox Pagina 17 Montage van de AirSave led-controlelamp en sticker Pagina 18 Aansluiting aan de Telematica TC Gateway Pagina 19 Montage van de luchtleidingen Pagina 20 Inbedrij fstelling ..........................Pagina 21...
Dat kan schade aan componenten veroorzaken. • Zorg ervoor dat u alleen de AirSave rotor van BPW (grij ze dop en witte PTFE-afdichtring) gebruikt, omdat alleen daarmee de dichtheid gegarandeerd kan worden.
Het opheff en van vastgestelde gebreken of het vervangen van versleten onderdelen moet worden overgedragen aan een BPW Servicepunt of een BPW Direct Service-partner voor zover de eigenaar van het voertuig niet in het eigen bedrij f over de relevante vakkrachten, de benodigde technische installaties en werkplaatshandboeken of de ambtelij...
Pagina 6 BPW-EA-AS 37892002nl Onderdelenoverzicht Systeemcomponenten Omschrij ving Afmetingen BPW-artikelnummer AirSave rotor enkele band L = 90 mm 02.0130.00.30 811a AirSave rotor dubbele band L = 90 mm 02.0130.05.30 BPW AirSave naafdop-adapter 05.212.29.16.0 incl. nr. 816 - 820 10 t 05.212.29.17.0...
Pagina 7
BPW-EA-AS 37892002nl Pagina 7 Onderdelenoverzicht Systeemcomponenten Enkele band Dubbele band Omschrij ving Afmetingen BPW-artikelnummer AirSave rotor enkele band L = 90 mm 02.0130.00.30 811a AirSave rotor dubbele band L = 90 mm 02.0130.05.30 AirSave stator voor luchtleiding SW 16 02.0130.99.20 AirSave ventielslang ET 120 02.3510.06.10...
De systeemluchtdruk moet worden aangepast aan de door de klant geadvi- seerde bandendruk. Het veiligheidsventiel maakt de luchttoevoer naar het systeem mogelij k en stopt deze. AirSave is een pneumatisch systeem dat zelfstandig werkt en geen stroomaan- sluiting nodig heeft. AirSave led-controlelamp...
Controleren of het afsluitventiel op de AirSave controlebox geopend is Verbindingsleidingen, ventielslangen en rotors controleren Elektrische en pneumatische leidingen controleren Functionele controles Uitgangsdruk op de AirSave controlebox (zie hoofdstuk 5) en alle banden controleren AirSave led-controlelamp CMP5 controleren Rotor en BPW AirSave naafdop-adapter op lekkage controleren 6 maanden na installatie, daarna jaarlij...
(pij l) plaatsen. (Bij assen met een ECO Plus Unit vervalt de O-ring). Voorgemonteerde naafdoppen voor BPW AirSave (814) in het bereik van het O-ring oplegvlak (alleen bij ECO Plus 3) en de schroefdraad dun met BPW Plus Spezial-Langzeitfett ECO-Li insmeren.
Controleer door de ventielnaald in de ventielslang in te drukken of de lucht doorstroomt. De ventielslang op de AirSave rotor (811 of 811a) handvast aandraaien. De ventielslang op lekkage controleren. HubCapAdapter (817) met een schroefsleutel...
Voor het ontluchten moet een vrij e ruimte van minstens 50 mm worden aangehouden. AirSave controlebox (842) in de gewenste monta- gepositie plaatsen. Posities voor de bevestigingsopeningen markeren. Openingen Ø 9 mm boren en ontbramen.
Functionele controle: Voor de functionele controle het kapje van de testaan- sluiting (pij l) verwij deren en een beetje lucht afblazen. Bij een juiste montage en aansluiting gaat de AirSave led-controlelamp knipperen en vereff ent de AirSave AirSave led-controlelamp controlebox de druk. Monteer ten slotte het kapje terug.
De stekker moet zo worden gemaakt dat de witte led-ader overeenkomt met pen 1 en de zwarte led-ader met pen 2. De Telematica-kit AirSave kan hetzij rechtstreeks met de TC Trailer Gateway of aan het einde van een Gateway busextensie worden aangesloten.
Aggregaat met 3 assen Ongebruikte persluchtuitgangen moeten met af- sluitdoppen (840) worden afgesloten. Verwij der afsluitdoppen (834) uit het T-stuk AirSave (833). Steek persluchtleidingen (6 x 1 mm) in de verloop- stukken op de controlebox en verbind ze met het Aggregaat met 4 assen AirSave T-stuk aan de as.
De uitgangsdruk is vooraf ingesteld (zie het deksel van de AirSave controlebox) en moet Afb. 15 voor de inbedrij fname worden gecontroleerd. Kap van de testaansluiting verwij deren (pij l, afbeelding 15).
Op de pompprocedure wachten, de manometer opnieuw aansluiten en de uitgangsdruk op de manometer afl ezen. Reparatie-advies! Voor het openen van de AirSave controlebox altijd het afsluitventiel sluiten en de lucht door het overdrukventiel vrijgeven. Afb. 18 Bevestiging van het deksel op de controlebox losmaken en het deksel openklappen.
O-ring (459) uit de groef van de wielnaaf verwij de- ren. (Bij assen met een ECO Plus Unit vervalt de O-ring). Polyamideleiding (832) van de betreff ende askant uit het AirSave T-stuk (833) losmaken. Spiraal (831a, SW 24) van de knikbescherming (831b) schroeven. Afb. 22 De stator (832) met een dopsleutel (SW 16) uit het wielas schroeven.
Afb. 25 Controleer door de ventielnaald in de ventielslang in te drukken of de lucht doorstroomt. De ventielslang op de AirSave rotor (811 of 811a) handvast aandraaien. Ventielslang en verbindingen op lekken controle- ren.
De generator is buiten bedrij f. Vervang de AirSave controlebox. systeem uitgeschakeld, ook al stroomt er lucht door de AirSave De systeembedrading is beschadigd. Repareer de systeembedrading. controlebox. De systeembedrading is defect.
BPW ECO Plus-garantie. Voor de eerste inbedrij fname van het voertuig moet het AirSave-systeem zij n geïnstalleerd. Continu bedrij f van een voorbereide BPW-as zonder geïnstalleerd BPW AirSave-systeem kan schade aan de BPW-leveringsomvang veroor- zaken.
BPW-EA-AS 37892002nl Pagina 27 Manier van inbouw Principieel is er geen vast patroon voor de aansluiting van ons systeem aan de luchtvoorziening, omdat deze voor bij na elk voertuig anders is. Het systeem mag alleen aan het circuit van de luchtvering en niet op het remcircuit worden aangesloten.
Pagina 28 BPW-EA-AS 37892002nl Boorsjabloon 11.1 AirSave controlebox Ø 9 Ø 9 ca. 90 ca. 30 ca. 60 ca. 75 Minimale afstand tot de dichtstbij zij nde on- derdelen. Vrij e toegang tot de luchtaansluiting moet gegarandeerd zij n. Ø 9 Ø...