Inhoudsopgave
Advertenties
Voor systemen met schakelaar voor omschakelen tussen
koelen/verwarmen
1
KEUZESCHAKELAAR
Zie afbeelding 4
U kunt de WERKINGSMODUS op de volgende
manier
met
de
OMSCHAKELEN
TUSSEN
selecteren:
KOELEN ...........................................
VERWARMEN ..................................
VENTILATOR....................................
ONTVOCHTIGEN.............................
Druk de KEUZESCHAKELAAR zo vaak in tot u "
kunt selecteren.
Meer informatie over ontvochtigen vindt u in "Voor
systemen zonder schakelaar voor omschakelen
tussen koelen/verwarmen" op pagina 4.
(Dit is alleen mogelijk tijdens ontvochtigen.)
2
AAN/UIT
Druk op de AAN/UIT toets.
Het WERKING-lampje begint te branden en het
systeem begint de WERKING.
Schakel de voedingsspanning nooit direct uit
wanneer de unit stopt. Laat de voedings-
spanning in dat geval echter niet langer dan 5
minuten ingeschakeld.
Waterlekkage of een ander probleem met het
apparaat.
Uitleg van de verwarmingsfunctie
Ontdooien
■ Als de sensor van een buitenunit een steeds lagere
temperatuur onder het vriespunt meet, zal de
verwarming steeds minder goed werken en het
systeem de modus ONTDOOIEN activeren.
■ De
ventilator
wordt
indicatielampje DEFROST op de binnenunit gaat
branden.
Na 6 tot 8 minuten (maximaal 10 minuten) ONT-
DOOIEN schakelt het systeem automatisch terug
naar de modus VERWARMEN.
BRC7FA532F(B) + BRC7FB532F(B)
Draadloze afstandsbedieningkit
AFSTANDSBEDIENING
KOELEN/VERWARMEN
uitgeschakeld
en
4P563995-1 2019.01
De relatie tussen de verwarmingscapaciteit en de
buitenluchttemperatuur
■ De verwarmingscapaciteit neemt af naarmate de
buitenluchttemperatuur lager wordt. Wanneer de
temperatuur in de ruimte te laag wordt, adviseren we
u om gelijktijdig een andere verwarmingsbron te
gebruiken.
■ De ruimte wordt verwarmd door hete lucht te laten
VOOR
circuleren. Het zal daarom enige tijd duren voordat
de airconditioner de hele ruimte heeft opgewarmd.
De interne ventilator gaat automatisch langzamer
draaien tot de airconditioner een bepaalde binnen-
temperatuur meet. In dat geval kunt u niets anders
doen dan wachten.
■ We adviseren u om de ventilator in te schakelen
wanneer de warmte boven in de ruimte blijft hangen
en de lucht blij de grond te koud blijft. Neem voor
meer informatie contact op met de leverancier.
Regeling
Voor het programmeren van de TEMPERATUUR en de
VENTILATORSNELHEID. Volg onderstaande stappen.
DE TEMPERATUUR INSTELLEN
Druk op de TEMPERATUURINSTELLING-toets en
programmeer de insteltemperatuur.
Bij iedere druk op deze toets worden de
insteltemperatuur met 1°C verhoogd.
"
UP
Bij iedere druk op deze toets worden de
insteltemperatuur met 1°C verlaagd.
DOWN
Bij automatische bediening
Bij elke keer dat de toets wordt ingedrukt
verschuift de temperatuurinstelling in de
richting "H".
UP
Bij elke keer dat de toets wordt ingedrukt
verschuift de temperatuurinstelling in de
richting "L".
DOWN
Insteltemperatuur
•
Met deze instelling is ventilator werking niet mogelijk
- Het temperatuurbereik dat via de afstandsbe-
diening kan worden ingesteld ligt tussen 16 en
32°C.
het
°C
H
•
M
•
L
25
23
22
21
19
Gebruiksaanwijzing
5
Advertenties
Inhoudsopgave
