Druk op de optietoets voor meer opties.
Roaming
: instellen dat gegevensverbindingen worden gebruikt
●
tijdens roaming.
Achtergrondgegevens beperken
●
synchronisatie op de achtergrond bij het gebruik van mobiele
netwerken.
Wi-Fi-gebruik tonen
●
wordt weergegeven.
Meer instellingen
De instellingen wijzigen om verbindingen met andere apparaten
of netwerken te beheren.
›
Vliegtuigstand
Schakel de vliegtuigstand in om alle draadloze functies van
het apparaat uit te schakelen. U kunt alleen functies gebruiken
waarvoor geen netwerk is vereist.
›
Mobiele netwerken
Mobiele gegevens
●
mobiele netwerken moeten worden gebruikt.
Roaming
: instellen dat gegevensverbindingen worden gebruikt
●
tijdens roaming.
Namen toegangspunten
●
selecteren voor mobiele netwerken. U kunt APN's toevoegen
of bewerken. Als u de APN-instellingen wilt resetten naar de
fabrieksinstellingen, drukt u op de optietoets en selecteert u
Standaardinstellingen.
Netwerkmodus
●
Netwerkoperators
●
-
Netwerken zoeken
-
Automatisch selecteren
beschikbare netwerk te selecteren.
: instellen dat gegevensgebruik via Wi-Fi
: instellen dat gegevensverbindingen op alle
: een APN (access point name)
: een type netwerk selecteren.
:
: een netwerk zoeken en selecteren.
: het apparaat instellen om het eerste
Instellingen
114
: uitschakelen van